De zogenaamde rechtherinneraar
Mijn ouders hadden er bij hun kinderen ‘de wind onder’, zoals ze dat vroeger noemden. Hun bewind had voor mij fysieke gevolgen. Zeven jaar oud was ik en ik liep krom, volgens mijn ouders. Ze stuurden me naar een fysiotherapeute, niet zo ver weg, aan de Erasmusweg. Daar moest ik oefeningen doen in mijn onderbroek met een stok in een koude ruimte, terwijl zij een sigaret rookte. Braaf deed ik thuis ook oefeningen met een stok, in de warmere huiskamer. Na een tijdje liep ik blijkbaar meer rechtop, misschien ook omdat ik dankzij een bril beter kon zien?
Een paar jaar later woonden we in Mariahoeve. Daar deden we boodschappen in het winkelcentrum Tarwekamp. Met een tas vol artikelen liep ik terug naar huis. Best zwaar, maar volgens mijn moeder liep ik daarvoor te gebukt. Mogelijk wilde ze voorkomen dat ik net zo krom ging lopen als zij als tiener had gedaan. Dus daar moest wat aan gedaan worden. Daarom bezocht ik met vader begin 1962 Orthopaedisch Chirurg J.P. Vermeer aan de Johan van Oldenbarneveltlaan 60.
Een niet onaardige, wat gezette man van even in de veertig. Zijn jongere, knappe vrouw assisteerde hem. Op zijn advies kwam ik in behandeling bij een andere fysiotherapeut met een praktijk op de hoek van de Leyweg en de Erasmusweg. Een meerpersoons praktijk waar ik diverse patiënten in ondergoed zag. Als jongen natuurlijk een aparte ervaring. Daarnaast zou het dragen van een zogenaamde ‘rechtherinneraar’ me dwingen om rechtop te lopen.
Volgens de omzetbelasting is een rechtherinneraar ‘een voorwerp dat bestaat uit een stang die met behulp van bijvoorbeeld schouder- en taillebanden aan de rug wordt bevestigd, samen met een bekkenkorset’. Of anders gezegd, een prothese die het lichaam waarschuwt geen kromme (gewoonte)houding aan te nemen. Bij de orthopaedische fabriek Wessels in de Lange Beestenmarkt 18 werd mij de rechtherinneraar aangemeten. A raison van het forse bedrag van tachtig gulden, te declareren bij de OHRA, de ziektekostenverzekeraar van thuis. Ik droeg de prothese onder mijn bovenkleding. Het deed geen fysieke pijn, wel ondervond ik bewegingsongemak. Bij gymnastiek trok ik gymkleren aan en zagen medescholieren dat ik mijn rechtherinneraar uitdeed. Daarvan keken ze wat vreemd op en ik voelde me gehandicapt. Het verdriet dat mij dat deed, slikte ik in.
Daar bleef het niet bij. Orthopedisch zwemmen leek ook een goed idee. Dat hield voor mij in dat elke donderdagochtend om 6.00 uur de wekker ging. Alleen opstaan en ontbijten met een plak ontbijtkoek en dan lopen naar de tramhalte aan Het Kleine Loo. Ik nam de eerste tram van de dag en was vaak de enige passagier tot halte Stuyvesantplein. De stad door en tijdig, vóór 7.00 uur, kwam ik aan bij het kleine zwembad van het badhuis aan de Escamplaan 55. Omkleden in een kleedkamer, heet douchen, daarna het zéér chloorhoudende zwembad in. Daar waren al diverse leeftijdsgenoten, soms met erg dunne, spierloze benen. Die had ik nog nooit gezien. Poliopatiënten dus.
Na afloop ging ik met de tram naar Christelijk Lyceum Zandvliet, met een excuusbriefje voor het te laat komen (na 8.30 uur dus) in de wiskundeles bij de heer Smit. Commentaar van zeurende medescholieren: “Hij is altijd te laat”. Later kon ik zaterdags zwemmen in Zwembad Tholensestraat (Duindorp) en haalde ik daar, op mijn veertiende, eindelijk mijn zwem-diploma.
Ongeveer in die tijd was ik verlost van mijn rechtherinneraar en gebruikte ik ’m uitsluitend nog als een stuk speelgoed. Medio 1970 vond de dienstplichtkeuring plaats bij de Indelingsraad te Delft. Ik hoopte dit keer enig profijt van mijn zwakke rug te hebben door afgekeurd te worden. Helaas, uitslag: geschikt. Een herkeuring bij het Militair Hospitaal in Den Haag gaf hetzelfde resultaat.
In 1975 kreeg ik toch weer last van mijn rug. Inmiddels verdiende ik mijn eigen geld en zat in het ziekenfonds. Met mijn ziekenfondsverwijzing stapte ik bij dokter Vermeer naar binnen. Maar ik stond zó weer buiten: hij accepteerde alleen ‘particuliere’ patiënten!
Gelukkig heb ik mijn verdere leven, dankzij fysio- en andere therapieën, redelijk rechtop doorlopen.
Details
-
Schrijver
Koert Vrijhof -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Het badhuis aan de Escamplaan 55. Prentbriefkaart ui 1948, Haags Gemeenterachief -
Editie
12-2025