Skip to main content

Mijn ervaringen als lid van een stembureau

  • Schrijver: Koert Vrijhof
  • E-mail adres: koertvrijhof@hotmail.com
  • Foto bijschrift: Wim Kok tijdens de algemene beschouwingen in de Tweede Kamer, eind jaren 80. Fotocollectie Anefo, Wikimedia Commons
  • Editie: 4-2023

De leden van het stembureau vertellen onderling over hun achtergrond. Een van hen zegt te werken bij Binnenlandse Zaken, zonder nadere aanduiding. Oh, de Binnenlandse Veiligheidsdienst, begrijp ik. Inderdaad, de man blijkt hoofd te zijn van het BVD-dienstwagenpark aan de Kennedylaan. Een van de vaste ‘stemklanten’ is voetballer Lex Schoenmaker. Op bezoek van de nonnen van het klooster aan de Erasmusweg mogen we ook bij elke verkiezing rekenen. Slager Goebel komt eveneens stemmen. 

Een van de leden van het stembureau vraagt aan hem of zijn naam klinkt als Geubel (met de g uitgesproken als in ‘girl’). Een weinig tactische vraag, vanwege de associatie met oorlogsmisdadiger Goebbels. Maar Goebel blijft rustig en zegt: “Nee, het is Goebel.” (met een Hollandse g). 

Bij het tellen van de stemmen blijken er veertien biljetten ‘zoek’. De voorzitter van het stembureau wil deze omstandigheid op de een of andere manier verdonkeremanen en ik heb al besloten dit te signaleren bij de gemeente, tot ze alsnog opduiken. Op de dag van de verkiezingen voor de Gemeenteraad, 2 juni 1982, is het warm. Zó warm dat een kiezer slechts gekleed in bikini haar stem komt uitbrengen. 

Tijdens de Europese verkiezingen van 1984 wil de voorzitter van het andere stembureau in het stemlokaal per se een hele voetbalwedstrijd op die avond zien. Hij besluit om al aan het eind van de middag de stemmen te tellen die tot dan zijn uitgebracht. Dat is tegen de regels. Echter, in een hoekje opent hij de stembus, haalt de stembiljetten eruit en telt ze, samen met een lid van zijn stembureau. Zo hoeft hij om 19.00 uur, na sluiting van het stemlokaal, alleen nog maar de stemmen van de laatste paar uur te tellen. Die telt hij op bij de stemmen die al geteld zijn… en klaar! Zo zorgt hij ervoor dat hij op tijd achter de buis zit.

Bij de raadsverkiezingen van 1986 word ik voorzitter van ‘mijn’ stembureau. Er komt een aantal luidruchtige Janmaat--aanhangers het gymnastieklokaal binnen. Waarschijnlijk heeft een van hen toen kans gezien om ongemerkt een stembiljet van de tafel mee te nemen, want bij het tellen blijkt er een stem te veel te zijn uitgebracht. We strepen die ene stem weg tegen de enige blanco stem die we tellen. Dit voorval is extra vervelend omdat er een klein verschil is tussen Janmaats partij en een restzetel voor - ik meen - de PvdA. Na hertelling van alle in Den Haag uitgebrachte stemmen blijft een miniem verschil over in het nadeel van Janmaat. Het lucht me op dat die ene stem van ‘ons’ niet de doorslag heeft gegeven. Overigens heb ik nagedacht over een manier om het tellen van de stemmen te versnellen. Een handigere opstelling van tafels waarop de getelde stembiljetten worden gedeponeerd, is de oplossing. Dat scheelt wel een half uur. 

Bij de afscheidsreceptie van Nationale ombudsman Rang in 1986 kom ik Wim Kok tegen, toen voorzitter van de PvdA--fractie in de Tweede Kamer. Spontaan komt in me op om hem om aandacht te vragen voor de afwezigheid van jongeren onder de kiezers. Dat is mij als stembureaulid herhaaldelijk opgevallen. Hij geeft mij het advies om mijn observatie aan de PvdA-fractie voor te leggen. Ik volg zijn advies op, maar op een reactie wacht ik nog steeds. 

Het elke keer toenemende aantal stemmen voor Janmaat bevalt me allerminst en ik geef me op voor lid van een stembureau in een andere buurt. Dat wordt in 1991 de Hollanderstraat. Later in dat jaar verhuis ik naar Haarlem en eindigt mijn stembureaulidmaatschap.