Een stukje Haagse theatergeschiedenis
Den Haag is behalve beatstad nummer 1 óók bakermat van cabaretiers, cabaretgroepen en ensembles die hoge ogen gooien door muziek, cabaret en voordracht met elkaar te combineren. Dus niet alleen Golden Earring, Supersister en Goldband, maar ook Paul van Vliet, Van Kooten en De Bie en Harry Jekkers.
Op die laatste groep wil ik de schijnwerper zetten. Dat komt doordat mijn oog viel op een programma dat zondagmiddag 28 januari in De Regentes plaatsvindt. Onder de titel ‘Retour Den Haag’ treden dan Haagse helden op van de Règâhs, Purper en Haagse Kringen. Zangeressen Jeannette Scheffer en Meike van de Linde zijn van de partij. En Yvonne Keuls vertelt een Haags verhaal. Een middag entertainment met een heel hoog Haags gehalte, kortom.
Maar wie zijn toch André van den Berg en Bep Wolff, aan wie de opbrengst van de kaartverkoop ten goede komt? Ik vraag het organisator Hans Steijger, pianist, liedjesschrijver en oprichter van Haagse Kringen, waarmee hij de 750ste verjaardag van Den Haag in 1998 luister wilde bij zetten.
Theaterrestaurant Goldmund
Oké, André van den Berg maakte deel uit van het kwintet Haagse Kringen, dat wel vijftien jaar heeft bestaan. Maar voor het antwoord op mijn vraag moet ik veel verder terug in de tijd. Naar midden jaren tachtig, toen actrice Gepke Witteveen in de Nieuwe Schoolstraat theaterrestaurant Goldmund begon: een unieke en succesvolle formule van theater en diner.
Goldmund bracht de hele Haagse theaterwereld bij elkaar. Acteur André van den Berg, die de kneepjes van het vak had geleerd bij John Lantings Theater van de Lach, was er zo’n beetje de ceremoniemeester, herinnert Hans zich. Hij werkte er zelf ook: als kok, ober, toetsenist en tekstschrijver.
Bep Wolff was zeker ook geen onbekende in Den Haag. Ze had aan de Badhuisstraat een kunsthandel, tevens cateringbedrijf en haringkraam, en was in ieder geval altijd op Vlaggetjesdag aan de kade te vinden. Bep en André ontmoetten elkaar in de jaren negentig en zijn sindsdien onafscheidelijk.
Half zo klein als Branoul
Dat ik ze niet ken, is geheel aan mij te wijten. Slap excuus is dat ik in die tijd niet in Den Haag woonde en eigenlijk nooit veel verder kwam dan het Binnenhof - wat voor mij al theater genoeg was. Maar ook is me ontgaan dat ze tussen 2012 en 2016 in Voorburg een theatertje aan huis hadden: het Theater Atelier, waar ze op zondagmiddag voorstellingen organiseerden voor een publiek van hooguit dertig mensen. Half zo klein als Branoul dus!
Maar toen gebeurde er iets waardoor ze uit koers raakten, vertelt Hans. Het tweetal kreeg een kast van een huis op een landgoed in Baarle Hertog aangeboden. Ze konden er wonen, werken en theater maken. Ze grepen die kans met beide handen aan, in de overtuiging dat het voor een lange tijd zou zijn. Maar het bleek te mooi om waar te zijn. Binnen een jaar moesten ze er met hun hele hebben en houden uit: ze hadden er anti-kraak gezeten.
De weg terug naar Den Haag was niet eenvoudig. Maar nu, een dikke vijf jaar en veel omzwervingen later, hebben ze eindelijk weer voet aan Haagse grond. Volkomen blut, dat wel. Een feit dat niet onopgemerkt bleef in Haagse kringen.
Hans zette samen met impresario Maria van Loon ‘Retour Den Haag’ op. Als een compleet Haags benefiet ten behoeve van twee iconen uit de Haagse theatergeschiedenis. Voor wie mee wil doen en mee wil genieten: kaarten zijn te koop via www.theaterderegentes.nl.
Maar als je meer informatie wil, kun je ook bellen of mailen met Hans Steijger: 06-10987131,
Details
-
Schrijver
Milja de Zwart -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
CD Haagse Kringen -
Editie
01-2024