Hitte in de stad
Ik schrijf deze aflevering op 12 augustus, dag acht van de hittegolf die het land, Den Haag incluis, sinds woensdag 5 augustus blakert. Je zou zeggen, in Den Haag heb je dan het geluk van de ligging aan de Noordzee. Maar in de stad brengt de zee geen verkoeling. Den Haag mag zich hitte-eiland noemen, een van de grootste van het land.
Op zich is een hittegolf in Nederland al vrij bijzonder. Dit is de 29ste sinds 1901. Maar als je in de statistieken van het KNMI kijkt, dan zie je dat dit het derde jaar op rij is dat we hittegolven meemaken. Inderdaad, hittegolven, meervoud: in de zomers van 2018 en 2019 telden we er steeds twee. Die van 2018 was eigenlijk een heel langdurige hittegolf (ruim drie weken), maar een koufront en onweer zorgden voor een onderbreking van een dag en daarom telt hij voor twee.
Hoe lang de hittegolf van 2020 zal duren, weten we natuurlijk nog niet. Maar twee records zijn al gebroken. Allereerst was dag twee van de hittegolf meteen een tropische dag (boven 30 °C) en sindsdien is de temperatuur daar niet onder gezakt. Zodoende sneuvelden vandaag de records uit 1941 en 1975 van zes tropische dagen op een rij. Ten tweede is het record gebroken van de temperatuur in de nacht. Tot nu toe stond een weekgemiddelde van 18 °C op plaats een. Nu ligt het weekgemiddelde boven de 20 °C.
Geen verkoeling ’s nachts
Deze reeks plaknachten brengt ons terug naar het hitte-eiland. Want wat gebeurt daar? Om kort te gaan: daar warmt alles extra op en blijft verkoeling ’s avonds en ’s nachts uit. De minimumtemperaturen blijven dan ruim boven het niveau steken dat het KNMI aangeeft. Dat doet zich in de stad voor doordat de gebouwen er dicht op elkaar staan, er veel asfalt en bestrating is, weinig groen en weinig reflectie van zonlicht. De hitte hoopt zich overdag op en kan ’s avonds en ’s nachts niet weg, ook omdat er niet veel groen en oppervlaktewater is dat voor verdamping en dus verkoeling zorgt.
Deskundigen noemen dit het ‘warmte-eilandeffect’. In een studie hiernaar van TNO uit 2012 kwam Den Haag uit de bus als koploper van alle Nederlandse steden. Vier jaar later werd dit genuanceerd. Uit het onderzoek Haagse Hitte van Frank van der Hoeven en Alexander Wandl van de TU Delft bleek dat het in Den Haag slecht gesteld is, maar niet slechter dan in andere Nederlandse steden.
Centrum, Laak en Scheveningen behoren tot de heetste plekken van de stad. Maar ook mijn buurtje kleurt flink rood op de kaart. Dat betekent dat de temperaturen er tot wel 8 tot 13 °C hoger kunnen liggen dan in het omliggende landelijke gebied.
Groen dak
Wat doe je eraan? Ik weet niet of dit in mijn achterhoofd heeft meegespeeld toen ik een jaar of vier geleden aan een grote tuinverbouwing begon. Mijn stenige ‘tuin’ - ooit showde ik mijn ‘garden’ aan Amerikanen, die een heel verbaasde blik in de ogen kregen en riepen: “O, you mean your backyard”- verandert langzaam maar zeker in een groen paradijsje. Nu wordt er gewerkt aan een afdak en dat wordt groen. Ik hoop dat bij een volgende hittegolf wat verkoeling gaat brengen.
Aan de andere kant, ik woon nu eenmaal midden in de stad. Met al zijn voordelen. En die hebben nu eenmaal, om Cruyff verkeerd om te citeren, hun nadelen. In de politiek, vaak een hard vak, wordt regelmatig een uitspraak van de Amerikaanse president Truman (1945 – 1953) aangehaald: “If you can’t stand the heat, get out of the kitchen.” Ik bouw hem voor deze gelegenheid een beetje om. If you can’t stand the heat, get out of the city.
Details
-
Schrijver
Milja de Zwart -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Rapport Haagse Hitte van F. van der Hoeven en A. Wandl -
Editie
17-2020