Skip to main content

Lancia Flaminia Coupé


Wat moet het toch heerlijk zijn geweest voor ontwerper Pininfarina om gewoon een mooie auto te ontwerpen zonder gehinderd te worden door windtunnelresultaten, verbruikcijfers, CO2-uitstoot en meer van dit soort belemmeringen. Iets moois maken was de opdracht in de jaren vijftig en zo ontstond de Lancia Flaminia Coupé in 1958.

Dat was hetzelfde jaar dat Domenico Modugno zijn hit Volare, nel blu dipinto di blu scoorde, dat vrij vertaald betekent: ‘vliegen in het blauw geverfde blauw’, maar dat terzijde.

Prachtig die eenvoudige strakke lijnen van die voorkant. Slanke brede grille, twee koplampen, twee knipperlichten, fors logo en een smalle luchthapper op de motorkap. Vanaf de zijkant gezien simpele strakke lijnen, maar met geraffineerde details, zoals het gestileerde knipperlicht, de met chroom omlijste raampartij, de doorlopende chroomstrip naar de achterkant en de iets doorlopende dakpartij over de achterruit. Tel daar bij op een subliem gevormde achterkant met elegante vinnen zonder enige verdere opsmuk, met een kloeke chromen bumper. Onder de motorkap lag een 6-cilinder benzinemotor met 2458 cc met 120 pk, wat resulteerde in een topsnelheid van 170 kilometer per uur. In 1962 stond deze Lancia voor 26.250 gulden in de prijslijst.

Zeker in die tijd was Lancia een gedistingeerd merk dat een zelfde soort koperspubliek aantrok. Het interieur zag er bij deze Lancia ook goed verzorgd uit. Mooi meubilair, waarbij het omklappen van de rugleuning de zitting wat naar voren rolde voor een makkelijke instap richting achterbank. Het dashboard had over de gehele breedte een chromen verticale lijn, met achter het zwarte stuur voorzien van een gestileerde chromen halfronde claxonring, twee fraaie Jaeger-klokken als snelheidsmeter en toerenteller. Keurig rechthoekig asbakje op de middentunnel. Opvallend voor die tijd waren de rem- en koppelingspedalen die rechtop uit de bodemplaat kwamen en niet hangend, zoals later gebruikelijk werd. Zeer opvallend was de zeer apart gevormde versnellingspook die naast de middentunnel zat, tussen de linker voorstoel. Rijden met de Flaminia Coupé was net zo gedistingeerd als zijn uitstraling.

Geen scheurijzer, maar wel met een plezierig rijgedrag. Beetje stugge vering. Het schakelen vergde veel spierkracht, maar ging overigens heel precies met het forse, zoals gezegd apart gevormde versnellingshendel. Stuurbekrachtiging had hij niet, maar met weinig spierkracht liet hij zich scherp sturen. Het plezierige van deze Coupé was dat hij een mooie ruime vierkante en platte bagageruimte had.

Naast deze Coupé bestond er ook de Flaminia Sedan die in 1957 geïntroduceerd werd.

Een stijlvol vierdeurs model, dat net als de Coupé in een two-tone exterieurkleur leverbaar was. Vee   lal zag je hem in een zilvergrijze uitvoering met een zwart dak, waarvan het zwart ook doorliep over de achtervinnen. Heel chic! In 1963 volgden er ook de Flaminia GT 3C 2800 die ook in een cabriolet Touring uitvoering leverbaar werd. Superfraaie modellen die aan de voorkant herkenbaar waren door de dubbele koplampen aan de voorkant, apart gestileerde achterlichten en in het interieur voorzien waren van sportstoelen en een houten sportstuur. En natuurlijk de meest aparte was de Flaminia Super Sport Coupé Zagato die in 1964 werd geïntroduceerd. Rond 1967 werden deze Flaminia’s vervangen door nieuwe Lancia modellen. Beeldschoon die Flaminia’s of zoals de Italianen zelf zeggen: ‘Bellissimo’.


Details

  • Schrijver

    John Vroom
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Lancia Flaminia Coupé
  • Editie

    7-2021

Meest gelezen artikelen