Humber Sceptre
Onlangs kwam ik in mijn folderverzameling de brochure tegen van de Humber Sceptre uit 1967. U kent hem waarschijnlijk niet, maar wat was dat een gedistingeerde Britse auto. Nu is Humber altijd al een typisch chic Brits merk geweest, maar de Sceptre was een wat populairdere versie. Soms zag ik hem tijdens mijn vakanties in Engeland rijden. Echt fraai. De enige keer dat ik hem in Nederland heb gezien, was in de showroom van de importeur aan de Prinses Beatrixlaan bij de Schenkkade.
Het was niet meer de Humber uit de jaren vijftig, maar toch. Feitelijk was hij gebaseerd op de Hillman Hunter, ook een Rootes-product, maar dan chic uitgevoerd. Allereerst voorzien van een zwart vinyl dak, dat toen erg in de mode was. Grote aparte grille met veel chroom en dubbele koplampen. Chroomrandjes rond de wielkasten en een suffe, plastic striping over de gehele lengte van de auto. Iets wat je bij Britse auto’s uit die tijd wel meer zag. Had dat dan ook maar van chroom gemaakt, maar dat terzijde. Het chique zat met name in het interieur. Een weldadige aanblik van royaal warm groen-, blauw- of roodleren bekleding op de stoelen voor en achter en aan de binnenkant van de portieren met het net zo warm ogende notenhout van het dashboard en de aansluitende randen aan de bovenkanten van de portieren en de notenhouten strook van het middenconsole tussen de voorstoelen. Heerlijk! Afgezien van het hout oogde het dashboard ook rijk. Mooie verdeling van meerdere klokken, tuimelschakelaars, contactslot en ventilatieschuifjes, ventilatieroosters en dashboardkastje. Handige pakjesplank eronder en op het middenconsole een fraaie met leren hoes omgeven versnellingspook en daarbij een asbakje met sigarenaansteker. Het in hoogte verstelbare stuur zag er ook gedistingeerd uit. Vooral de details vielen mij op. Zoals een stijlvol logo op de C-stijl, zoals de achterste stijl aan de auto heet, de twee comfort seats achterin in plaats van de achterbank, het dashboardkastje met de ‘personal vanitymirror and light’-uitvoering. Veiligheidsgordels en ‘white wall tyres’ waren een optie. Onder de motorkap lag een viercilinder motor met 1725 cc en 94 pk, gekoppeld aan een versnellingsbak met een standaard Overdrive. Optioneel was ook een Borg-Warner automaat mogelijk. Opvallend was dat het aantal leverbare exterieurkleuren zeer beperkt was; Prussian Blue, Laural Green, Gunmetal Metallic, Aqua Metallic, GoldenSand Metallic en Claret Metallic. Chique kleuren, dat wel. Eigenlijk een auto die alleen maar paste in het Engelse landschap en zo on--Nederlands. Ik denk dat er hier dan ook geen één is verkocht. Daarom was het een genot om naar deze Humber Sceptre te kijken en even weg te dromen naar die heerlijke jaren dat Engeland nog van die fascinerende auto’s produceerde, met merken die niet meer bestaan. Laat ik ze nog maar een keer opnoemen: Singer, Hillman, Sunbeam, Humber, Morris, MG, Austin, Wolseley, Riley, Vanden Plas, Triumph, Rover. Om een brok van in je keel te krijgen. Zóóó jammer!
Details
-
Schrijver
John Vroom -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Humber Sceptre -
Editie
2-2023