Reactie ‘Leerlingen van de Comeniusschool’
Met veel plezier heb ik het stukje over de Comeniusschool gelezen in De Haagse Tijden van 9 juli 2024. Ik heb daar ook op school gezeten (1950-1957), evenals mijn broertjes en zusjes. In de eerste klas zat ik bij juffrouw Mussies, daarna bij juffrouw Potter. Juffrouw Feun, in de derde klas, was de enige die ooit bij ons thuis geweest is. Dat was toen mijn jongste zusje ernstig ziek was en dat bijna niet overleefde door wangedrag van de GGD (maar dat is een verhaal apart). Regelmatig moest ik in de klas vertellen hoe het met mijn zusje ging. Meester Maat was een afschuwelijke man; soms was hij voor enige tijd afwezig omdat hij aan godsdienstwaanzin leed. De daaropvolgende jaren zat ik bij meester Van Wier in de klas, die op de bijgevoegde foto’s staat.
Meester Feenstra kwam ook wel eens bij ons in de klas spelen op zijn viool. Een andere meester had een harmonium in de klas. Bij meester Van Wier mochten enkele kinderen het zingen begeleiden op de blokfluit. Een klasgenoot, Willy, speelde heel mooi klarinet. Mijn eerste schoolreisje was een tochtje naar het Scheveningse strand, met zo’n bruine HTM-bus. De juffrouwen hadden hoedjes gemaakt van rood en groen crêpepapier. Helaas regende het dat het goot, maar toch zijn we nog even de bus uit geweest, het strand op. Met die crêpepapieren hoedjes, die niet watervast waren. U kunt zich de hilariteit voorstellen toen we thuiskwamen, met rode en groene strepen op ons gezicht. In de tweede klas gingen we naar Blijdorp in Rotterdam. Dat verliep aanzienlijk beter, zoals de foto laat zien. Andere schoolreisjes gingen naar het Scheepvaartmuseum in Rotterdam en naar Amsterdam, met rondvaart door de grachten. Ik herinner me nog een schoolreisje naar de hei bij Ede (Posbank?). Wat een gevoel van vrijheid gaf die grote heidevlakte voor ons stadskinderen. We renden en draafden en keer op keer lieten we ons van de heuvel over de hei naar beneden rollen. In de hogere klassen gingen we naar Schiphol, heel indrukwekkend, die vliegtuigen, want vliegen was toen bepaald nog niet gewoon.
De Comeniusschool was blijkbaar bijzonder in trek. Er was een chronisch gebrek aan klasruimte, die werd dan gehuurd bij andere scholen. Ik herinner me nog een school in de Fisherstraat (naast de Paul Krugerschool) en een school in de Schalkburgerstraat. Daar moest je door een poort onder de huizen door om op het schoolplein te komen. Vaag herinner ik me ook nog een school waar een grote, zwarte kolenkachel in de klas stond. Was dat in de Galvanistraat? Het was natuurlijk de tijd van de babyboom, maar dat is geen goede verklaring, want andere scholen hadden juist klassen over.
Af en toe (elk jaar?) werd er een uitvoering gegeven. Ik deed mee aan een musical over de voorjaarsschoonmaak. Die werd uitgevoerd in gebouw Custodia, in de Brandstraat. Mijn rolletje begon met de woorden “Ha, daar heb je kleine Pim! Haal eens gauw een busje Vim.”
Er was blijkbaar iets zeer aantrekkelijks aan de Comeniusschool. In een bepaald jaar had ik twee klasgenoten die behoorlijk ver van de school woonden. Mijn vriendje Wim Langendijk woonde in de buurt van de Jan van Nassaustraat, in een van die prachtige negentiende-eeuwse herenhuizen. Ik ging er wel eens spelen, maar dat was een hele onderneming. Met lijn 6 naar de Herengracht, dan te voet langs de Koekamp en het Malieveld, over het terrein van de Dierentuin. De fundamenten van de dierenverblijven lagen er nog. Ook stond er nog het prachtige Dierentuingebouw, waar concerten en theatervoorstellingen werden gegeven. Helaas heeft het plaats moeten maken voor dat foeilelijke Provinciehuis. Door een gat in het hek kwam ik in de straat waar Wim woonde.
En dan te bedenken dat hij die tocht elke schooldag moest maken, heen en terug. Een meisje uit de klas, Manuella Jongejans, woonde daar ook in de buurt. De ouders van die twee moeten wel heel veel waardering voor de Comeniusschool hebben gehad.
Een bekende klasgenoot van mij was Wim Deetman, de latere minister van Onderwijs en burgemeester van Den Haag. Meester Van Wier hield af en toe een wedstrijd hoofdrekenen. Hij gaf een som op en je probeerde dan als eerste het antwoord te geven. Wim en ik waren goed aan elkaar gewaagd. We zijn jarenlang bevriend geweest, maar verloren elkaar uit het oog toen hij Politicologie ging studeren aan de VU en ik Wis- en Natuurkunde in Leiden.
Op 14 april 2007 werd er een reünie van de Comeniusschool gehouden, in het oude gebouw aan de Kempstraat. Dat was een schok: het hele wijkje om de school was platgegooid, al die Patrimoniumhuisjes waar zo veel familieleden van mij gewoond hadden: weg! De reünie was wel een succes. Een aantal leerlingen hielp met de organisatie en ik proefde een vriendelijke en ontspannen sfeer. Zelf denk ik met plezier terug aan mijn jaren daar op school, behalve dan in de vierde klas, dat was een dieptepunt. In mijn herinnering telde iedereen mee. Ik heb nooit gemerkt dat sociale klasse een rol speelde, wat ik over andere scholen wel hoorde. Als zoon van een loodgieter telde ik net zo goed mee als de zoon van een jurist. Ook onderling speelde het geen rol wat je vader deed, als je dat al wist. Als iemand wat traag van begrip was, dan legde meester Van Wier het geduldig nog een keer uit, al begon de rest van de klas soms wel te zuchten.
De Comeniusschool is verhuisd naar de Colensostraat. De wereld is veranderd, de Transvaalwijk is veranderd, het onderwijs in het algemeen is er bepaald niet makkelijker op geworden. Mijn respect voor al degenen die daar nu op die school hun werk doen.
Details
-
Schrijver
Pim de Pagter -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Schoolreisje naar Schiphol in de vijfde klas bij meester Van Wier, 1955 -
Editie
17-2024