Terug in de tijd - deel 2
In De Haagse Tijden van 3 september schreef ik een stuk over mijn herinneringen aan het opgroeien in de wijk Transvaal, om precies te zijn in de Schalk Burgerstraat nr 200, hoek Springfonteinstraat. Sindsdien zijn er vele extra herinneringen boven gekomen, die ik graag met u deel. Ons gezin bestond uit mijn lieve, hardwerkende ouders en vier kinderen: ikzelf, Erica, Rob en Lucia. Er werd bij ons thuis nooit geslagen of gescholden; alles werd met praten afgedaan.
In het portiek waar wij woonden, kwam later op nr 202 de familie Uitenbroek te wonen, op nr 204 de familie Tanking (met twee dochters) en op nr 206 de familie Vermaat (aardappelhandelaar) met zonen Dik en Arie. Arie Vermaat kwam via bemiddeling van mijn vader, die Hoofd Controleur bij Hus brood-banket-fabriek was, op de vrachtwagen bij Hus. Op nr 216 woonde de duivenmelker Diependorfer die op zondagmiddag nog wel eens te diep in het bruine café glaasje had gekeken. Hij zat dan op de portiektreden te brabbelen, terwijl de kinderen op straat hem zaten uit te dagen. Op de hoek van de Viljoenstraat-Schalk Burgerstraat zat de brood-banketbakkerswinkel van Joop Binnerts (keeper Rava).
Ik voetbalde in de kleine Springfonteinstraat met Devillio Pitana, Mario Santucci, Karel Neudorfer, Pieter Bolleman, de gebroeders Lanza, Groenesteijn, Paalvast. In het midden van het straatje stond een grote boom, die perfect was om in te klimmen. In die jaren vijftig, zestig en zeventig was ik net als mijn jongere broertje Rob sierduivenmelker; op ons balkon hadden we ieder een eigen duiventil. Wij bezochten geregeld, zoals vele Hagenaars/Hagenezen, De Zwarte Vogel: de bekendste duivenwinkel van Den Haag en omstreken. Eigenaar was Dorus de Zwart en later zijn zonen Joop en Albert en kleinzoon Charrel, allemaal prima gasten. Bij de groenteboer Van der Laan op de hoek van de Viljoenstraat-Schalk Burgerstraat liet mijn moeder wel eens de aardappels schrappen en ik kocht voor een paar centen één stekkie appel met een plekkie.
Tegenover de groenteboer zat de schoenmaker Can Rijswijk. Ik vond zijn winkel altijd erg licht vanbinnen, in tegenstelling tot die van Toon (schalkie), de schoenenlapper aan de overkant in de Schalk Burgerstraat nr 220. Ik heb Toon wel eens twee jonge sierduifjes gegeven, maar ik weet niet of zijn vrouw daar toen blij mee was. Op de woensdag- of zaterdagmiddag slenterde ik met een paar Haagse lefgosertjes op de Haagse ouwe rommel-vismarkt bij lijn 11 aan de Hermancosterstraat. Op nr 198 beneden ons kwam er, na de groentewinkels, een rommelige antennezaak en daarna het wolwinkeltje van de familie Van Dam. In mijn lagere Tarsicius schooltijd in de Kritzingerstraat kreeg ik een schooltuintje toegewezen naast lijn 11 op het Hobbemaplein. Het eerste wat ik zaaide was één letter van sterrenkers-tuinkers met een pittige smaak.
Op de hoek Kaapstraat-Springfonteinstraat zat een drogist met als eigenaar een kleine, dikke, vriendelijke man met een zeer harde stem, die De Koning heette. In opdracht van mijn moeder haalde ik met een zinken emmer zand voor de kattenbak bij de drogist. Menig kind, die op straat bij het spelen van putdekseltje, hinkelen, bedeltje gooien, knikkeren, tollen of lantaarnpaal beklimmen was gevallen, kreeg bij De Koning een pleister op de wond. Hij gaf je dan ook een snoepje en zei altijd: “Het komt wel goed”. Mijn vriend Hans Hamburger, die bij ons aan de overkant woonde, werkte bij de Marine en ik had in die tijd een contract voor zes jaar bij de Koopvaardij om de diensttijd te ontlopen. Ik vaarde onder andere bij de Shell, Esso, Oranjelijn, dochtermaatschappij van de Holland America Lijn op Canada en America. Ik heb gevaren op Ms Prins Willem, George, Frederik, Ms Prins Willem van Oranje, Ms Prinses Margriet als Steward (Civile dienst). Na acht weken reizen uit en thuis via Rotterdam-Montreal-Chicago-Rotterdam. Ik werkte dan zeven dagen per week en spaarde dus veel verlof.
Wij gingen meestal met de fiets stappen in het centrum van Den Haag. We vertrokken dan richting Kettingstraat waar ons favoriete café de Bierkelder zat. Als onze zakken nog niet vol waren of leeg gingen we nog even kantelen in de Herman Costerstraat. Ach, je bent jong en je wilt wat…
Huisvesting
Ik herinner mij de soms vochtige één steens muurkamertjes, de kolenkachel, geen wasmachine of droger, geen warm water uit de kraan, geen tv, geen koelkast. Kortom, niet de luxe van nu. Aan de winkel of voordeur kwamen de groentenboer, de melkman, de lorreboer, schillenboer en bakker Hus. Op vrijdag kwam de visboer met zijn bakfiets voor de deur en vroeg aan mijn moeder hoeveel schol of schar zij wilde hebben. Toen was de vis nog goedkoop. De visboer gooide dan acht of tien schol of scharren bij ons in de stenen gootsteen in de keuken, waarna mijn moeder de vis schoonmaakte. In de avond bakte zij de vis en tijdens het avondeten mochten wij niet praten, vanwege de eventuele graatjes in de vis.
Als mijn vader in de namiddag moe van zijn werk thuiskwam, waste hij als eerste zijn voeten onder de koude kraan in die gootsteen. Wij hadden in die armoe tijd, net als de meeste bewoners in de Transvaalwijk, geen douche, dus op zaterdag gingen we voor 25 cent naar het badhuis in de Colensostraat-Spionkopstraat.
Vanaf 1966 tot 1970 woonden mijn vrouw en ik bij mijn lieve oma en opa Kettmann in op nr 178. Ook in die tijd was er woningnood. Ik had het geluk om bij de Streekvervoer Maatschappij WSM, Westnederland, ZWN en Connexion te mogen werken. Twee jaar lijndienst, veertien jaar touringcarchauffeur op binnen- en buitenland, twintig jaar Controleur (BOA) met meerdere taken in het bedrijf. Als ik het opnieuw mocht doen, werd ik weer buschauffeur: een prachtig beroep, waarbij het omgaan met mensen centraal staat. Inmiddels ben ik alweer acht jaar vrijwilliger Seniorenraadslid Westland Commissie Mobiliteit en Vervoer met mijn expertise Vervoer. Alweer negentien jaar te gast (lees woonachtig) in Wateringen. Maar ik ben nog steeds een Hagenees, echter wel van vroeger tijden.
Details
-
Schrijver
Ton Kettmann -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Tramwagen van lijn 11 op het Stationsplein, die ook langs de Herman Costerstraat reed waar wij naar de rommel-vismarkt gingen. Foto uit 1972, Stokvis, Haags Gemeentearchief -
Editie
20-2024