De wieg van het levensboek stond in Den Haag
Haalde u vroeger kattenkwaad uit? Wat is uw vroegste herinnering? Wanneer voelt u zich ergens thuis? Wekelijks gaan vrijwilligers in gesprek met ouderen om hun levensverhaal op te schrijven. Een herinneringsboek met foto’s is het resultaat. Het fenomeen ‘levensboek’ ontstond in Den Haag, langer geleden dan de achtjarige Stichting Haagse Levensboeken, die dit nu ondersteunt. Een levensverhaal over het levensboek dat nog lang niet ten einde is.
In de gehandicaptenzorg en in verpleeghuizen voor mensen met dementie bestond al in de tachtiger jaren van de vorige eeuw een zogeheten Reis door de Tijd. Familieleden vulden vragen in over hun dierbare. In deze levensreis schreven ze de antwoorden op volgens een standaardindeling. Hierdoor kreeg de zorg een beeld van de bewoner. In die tijd werkte geestelijk verzorger Wout Huizing voor wat nu zorgaanbieder Reliëf is, in het Haagse woonzorgcentrum Tabitha. Geregeld kwam hij in gesprekken met ouderen een terugkerende uitspraak tegen; mijn leven: daar kan ik wel een boek over schrijven. Maar hoe dan? Toen hij een bijeenkomst voor geestelijk verzorgers bijwoonde over het opmaken van de levensbalans - ofwel ‘wat bracht het leven mij’ - was dat de aanzet hier wat mee te doen. Als ouderen hun eigen verhaal vertellen, laten ze het verleden makkelijker los, bleek namelijk uit onderzoeken.
Aandacht voor welzijn
Wout Huizing en branchevereniging Arcaris (nu ActiZ) riepen in 2001 de zorginstellingen op: “We moeten oog hebben voor het opmaken van de levensbalans. Het is tijd voor meer evenwicht tussen medische zorg voor cliënten
en de zorg voor hun welzijn”. Daarop organiseerden ze trainingen voor medewerkers van ouderenzorginstellingen. Tijdens deze trainingen spraken ze in groepen over hoe de zorg op een goede manier kon luisteren naar de verhalen van cliënten. Samen het leven overzien: wat bracht het positief én negatief? De ervaring met deze groepsgesprekken zou later goed van pas komen. Het ministerie van VWS vroeg in 2004 namelijk om aandacht voor zingeving bij ouderen. Daar paste het onderwerp ‘levensbalans’ goed bij.
Een wetenschappelijk onderzoek
Zorgprofessionals en onderzoekers gingen om de tafel zitten. Samen dienden ze een aanvraag in, met een wetenschappelijk onderdeel: wat zijn de effecten van levensverhalen op de zingeving van ouderen? Het ministerie zei ‘ja’ tegen financiering. Zorgmedewerkers van vier verzorgingshuizen gingen toen aan de slag met levensverhalen van bewoners. Zouden de vertellers hierdoor minder op de bel drukken voor de verzorging, minder medicijnen slikken, langer blijven leven? Wout Huizing trainde de zorgmedewerkers: wat vraag je tijdens gesprekken? Hij bracht ze regelmatig bij elkaar om te praten over hun ervaringen. Een methode ontstond om vragen te stellen. Thijs Tromp, directeur bij Reliëf, doordacht de wetenschappelijke kant van het onderzoek.
Eigenwaarde en vitaliteit
Langzamerhand ontpopte er zich iets bijzonders. Veel bewoners zagen terug op een mooi, kleurrijk leven, maar niemand kon om de pijn en moeite heen. Iedereen mocht zijn of haar verhaal vertellen. Ze voelden zich gehoord en begrepen door de zorgmedewerkers. Een levensboek versterkte hun eigenwaarde en vitaliteit. Op hun beurt waren de zorgmedewerkers onder de indruk van de levensverhalen en boden beter aansluitende zorg. Zo werd een zeurende mevrouw de leukste vrouw van Nederland. In 2011 promoveerde Thijs Tromp op dit onderzoek met zijn proefschrift Het verleden als uitdaging.
Hij en Wout Huizing gaven al in 2004 de methode ‘Mijn leven in kaart’ uit. Deze kreeg de vorm van geïllustreerde kaarten met vragen over allerlei thema’s, zoals relaties, opvoeding, werk.
De schrijver als vrijwilliger
Ondertussen werd het steeds duidelijker: de zorg voelde werkdruk, niet iedereen had gevoel voor taal en vond het leuk een levensboek te maken. Wat nu? HOF, het Haagse ondersteuningscentrum voor vrijwilligers-werk, gaf in 2006 het verlossende antwoord met Esmé van der Helm die een zinvol vrijwilligersproject zocht. Een nieuwe formule voor het maken van levensboeken ontstond: de vrijwilliger die schrijft. Afgebakend in tijd, zinvol voor zichzelf en de ander, met een concreet resultaat. Esmé van der Helm vond tien vrijwilligers, en een pilotproject werd geboren. De schrijvers bleken veel meer tijd te hebben om ouderen aandacht te schenken en ze ondervonden plezier. HOF zette het project verder op. Esmé van der Helm matchte schrijvers met vertellers. Zij, Wout Huizing en Marie-Elise van den Brandt gaven trainingen aan vrijwilligers. Ook een levensboekencafé riepen ze in het leven. Schrijvers deelden daar hun ervaringen en enthousiasmeerden elkaar. In 2009 kwam zogeheten de kers op de taart. Uit 1800 projecten koos het Oranjefonds de Levens-boeken als beste inzender. Prinses Máxima overhandigde Esmé het Grote Appeltje van Oranje: met weinig middelen realiseren jullie een succesvol en goed te kopiëren project. En het levensboek rolde zich inderdaad landelijk uit, vooral naar welzijnsorganisaties toe.
Stichting Haagse Levensboeken
Donkere wolken pakten zich in 2013 samen. HOF fuseerde en werd het Haags vrijwilligers-centrum PEP. Er was geen geld meer voor Levensboeken. Enthousiaste vrijwilligers richtten - ondersteund door PEP - eind 2014 de zelfstandige Stichting Haagse Levensboeken op. Sindsdien blijft ‘het levensboek’ zich professioneel ontwikkelen. Het nietje door enkele A4-tjes is uitgegroeid tot een gebonden boek via een internet-uitgeverij. De vrijwilligers krijgen verdiepende schrijfcursussen en delen ervaringen in schrijverskringen. Zij en hun vertellers komen niet alleen uit Den Haag, maar inmiddels ook uit Leidschendam-Voorburg en Rijswijk. Zo’n 600 unieke levensboeken kwamen tot stand. Kortom, een levensverhaal dat verdergaat. Volg het op www.haagselevensboeken.nl.
Met veel dank aan Wout Huizing en Eugenie de van der Schueren voor hun input voor dit artikel.
Een levensboek: iets voor u?
Vertelt u graag uw levensverhaal? Of schrijft u liever een levensboek? Meld u aan als verteller of schrijver via
Tineke: schrijver, 67 jaar
Sinds 2015 ben ik actief als schrijver. Mijn zesde boek was met Herman en zijn levensverhaal. Altijd al was ik geïnteresseerd in de levensloop van mensen: in wat de ander beleeft en raakt én ik houd van schrijven. Een levensboek schrijven is een intensief, positief proces. Een goede klik tussen verteller en schrijver is erg belangrijk: met Herman was die er!
Details
-
Schrijver
Plony Kester en Hanneke Sas -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Na de uitreiking van het Appeltje feliciteert Prinses Màxima alle betrokkenen met dit geweldige initiatief (mei 2009) -
Editie
23-2023