Skip to main content

Het was een náám

Kees Swaanenburg laat er geen misverstand over bestaan: “In de glorietijd waren de Maastreechter Staar en wij dé koren van Nederland.” Wij zijn Die Haghe Sanghers, afgekort DHS. Opgericht op 12 maart 1917 door leden van het kerkkoor Cantemus Domino, Sint Jacobskerk in de Parkstraat te Den Haag. De naam kwam er pas eind 1918. Oorspronkelijk heette men Die Haghe Zangers. 

De start met veertig man was een instant succes. Zangwedstrijden in Amsterdam en Rotterdam werden gewonnen, de koningin werd toegezongen en men componeerde een eigen lied: “Wij zijn die Haghe Sanghers, ‘t zij bas, hetzij tenoor, wij gaan het volk alomme, in schoone zangen voor”. De koningin wordt beschermvrouwe; de Haagse burgemeester erevoorzitter. DHS krijgt een eigen vaandel. De eerste buitenlandse reis gaat naar Duitsland. Op de Olympische Spelen in Amsterdam (1928) is het koor erbij. Er komt een eigen maandblad. Er volgen optredens voor de radio. In 1937 telt het koor honderd leden.

De oorlog gooit roet in het eten. Het ledental daalt, optredens zijn vrijwel niet mogelijk, door de verduistering kunnen leden niet meer naar repetities komen. Eind 1941 treedt ‘een periode van stilstand’ in. Koorleden duiken onder. Het leven is zwaar. Na de oorlog komt de wederopstanding: op 7 mei 1945 trekken de leden van DHS al zingend door Den Haag. Bij de inwijding van dodencel 601 in de gevangenis Van Alkemade-laan zingt DHS Het Lied der achttien doden. Op 20 maart 1946 krijgt DHS het predikaat ‘koninklijk’. Het koorleven herneemt zich. Optredens in binnen- en buitenland volgen. Er worden grammofoonplaten gemaakt. Er wordt gezongen op een Amerikaans vliegdekschip, men trekt naar Wenen, er zijn optredens bij de ondertrouw van prinses Beatrix en Claus von Amsberg, bij het huwelijk van prinses Margriet en Pieter van Vollenhoven, in 1968 het eerste tv-optreden in kleur. De geluidsweergave is belabberd, zo noteert de koorkronikeur.

DHS treedt op in de Grote Gerard Reve-show. Men weet eigenlijk niet waar men aan begint, want er is geen draaiboek. Schokkende teksten en controversiële elementen begeleiden het optreden. “We hebben een boel geleerd”, constateert voorzitter Jean Kierkels. In 1977 reist DHS door de Sovjet-Unie. In 1980 vindt in Den Haag de première plaats van het ballet Soldatenmis door choreograaf Jiří Kylián (Nederlands Dans Theater), met zang door DHS. Kylián maakte het ballet op basis van een grammofoonplaat waarop DHS de Soldatenmis ten gehore bracht.

Oktober 1987: DHS bereikt het Guinness Record Book door honderd minuten lang onafgebroken in vierklank een zangerstoon te laten horen. Tien jaar later, in augustus 1997, verschijnt DHS op internet. De jaren gaan voorbij met talrijke optredens. Twaalf Europese landen worden bereisd. Het koor stevent op het honderdjarig bestaan af in 2017. DHS is dan al op zijn retour. Aad van Loenen wordt in april 1991 voorzitter en blijft dat tot mei 1999. In 2018 pakt hij de voorzittershamer nogmaals op in een laatste poging het koor van de ondergang te redden. Tevergeefs. In juni 2023 geeft DHS het laatste concert: in de Oude Kerk in Voorburg. Aad: “Ik heb de bloeiperiode meegemaakt. We groeiden naar 120 leden en traden overal op. Ik werd in 1990 lid van het koor. Ik zong in een kerkkoor en werd gevraagd te komen voorzingen. Zo ging dat toen. Als je goed werd bevonden, mocht je blijven. Als je 65 werd moest je weer voorzingen. Als je stem dan niet meer voldeed, moest je van het koor af. In latere jaren waren we blij met iedereen boven de 65. De kerkkoren waren er niet meer en aanwas ook niet. Jongeren wilden naar popkoren, niet naar een koor dat zware en moeilijke Slavische- en opera-liederen zong.”

De teloorgang van het koor begon volgens Aad na het vertrek van René Verhoeff in 2008. De man was dertig jaar dirigent geweest. Zijn opvolger, Charles van der Veeke, wilde het koor moderniseren en dat viel niet in goede aarde. Menig koorlid vertrok. In 2007 waren er nog 64 zangers, acht jaar later 39. Eind 2014 wordt het contract met Charles van der Veeke opgezegd. Martin van der Brugge neemt het stokje over en krijgt er weer gang in. Oud-leden keren terug. Toch kon men niet meer alleen optreden. Met minder dan vijftig zangers zijn de vier stemmen niet meer goed in te vullen. Er was vooral een gebrek aan tenoren. Dus trad DHS noodgedwongen met andere koren op.

Het honderdjarig bestaan was het laatste hoogtepunt, vertelt Aad. Met een jubileumconcert in Den Haag, Theater aan het Spui, op 29 oktober 2017. Direct daarna ontstaat er binnen het bestuur een discussie: stoppen of doorgaan. Menigeen stelt ‘stoppen’ omdat het koor te klein is geworden. Aad en anderen vinden het ‘zonde om het zo te laten verlopen’. Ze gaan door, met Aad als voorzitter. Het ledental blijft echter zakken naar 21 man. Voor optredens komen 17 leden opdagen. Men is oud. De gemiddelde leeftijd is 82, 83 jaar. “We waren het niet meer waardig DHS te heten. We straalden niets meer uit. De vraag was dus: ‘gaan we door als vriendenkoor? Of heffen we het op en nemen we waardig afscheid?’ Dat laatste hebben we gedaan. In de Oude Kerk in Voorburg, met de feestmis van Gounot.”

“Natuurlijk mis ik het maar het koor is niet alles in mijn leven. Er zijn oud-leden die nog steeds idolaat zijn van het koor. Ik denk er wel met weemoed aan terug. Het was een vriendenclub, mannen die plezier hebben in zang. Er hing een sfeer van oude jongens krentenbrood. En de nazit bij repetities was erg belangrijk. Wat zo leuk is aan zingen? Op het moment dat de muziek voor je neus staat, is je interesse alleen nog zang. Je denkt aan niets anders. Dat is zo ontspannend, rustgevend. Zachtjes zingen is het mooiste dat er is. Zo’n donkerbruine klankkleur, een brom eronder en tenoren die er bovenuit springen. Fluisterend naar een hemels gevoel.”

Kees Swaanenburg beaamt Aads woorden. Hij werd eind 2015 voorzitter van DHS en bleef dat tot 2018. Hij bleef lid tot het einde. In 2000 kwam hij bij DHS terecht ‘via een vriendje’. “Een gezellige club. Mooie donkere Slavische muziek. Geweldige stemmen. We hebben onszelf overleefd. We bleven hangen in de Slavische muziek. Dat was niet meer aantrekkelijk. Koren trokken sowieso minder. Er waren op een gegeven moment gewoon te weinig mensen en dan houdt het verhaal op. De kosten waren ook hoger dan de opbrengsten.”

“Ik denk er met weemoed aan, ja. Het is erg jammer. Maandag-avond repetities. 1 uur 45 minuten. Een vast clubje mensen dat graag zingt. Na afloop een borreltje. In de laatste jaren waren er steeds minder mensen, minder stemmen. Dan blaas je elkaar weg. Het was heel verstandig ermee te stoppen. De oude getrouwen hebben er moeite mee gehad. Te beseffen ‘dit was het’. Maar het is niet anders. Het werd te veel een sociaal verhaal. De helft gaf wel geluid maar zong niet meer. Maar ik ben blij dat ik het heb meegemaakt.”

Blijft de vraag waarom het koor in nood geen vrouwen opnam…? Aad en Kees zijn het eens: dan was de sfeer van jongens onder elkaar verdwenen. En die prijs wilde men niet betalen.

 

 


Details

  • Schrijver

    Carel Goseling
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    De mannenzangvereniging ‘Die Haghe-Sanghers’ vóór de Dierentuin. Foto uit 1920, Haags Gemeentearchief en rechts: Lint DHS
  • Editie

    18-2024

Meest gelezen artikelen