Haagse verzetsman Wim Dolleman
Hij was een echte Schilderswijker. Willem Dolleman. Hij woonde aan de Van Beijerenstraat 94. Hij werkte als bakkersknecht in de Van Ostadestraat. En hij was een ‘rooie’; een socialist in hart en nieren. Actief! Hij was ook nog getrouwd en vader van drie kinderen. Op 13 april 1942 werd hij als verzetsman door de Duitse bezetters doodgeschoten.
Zijn zusje sterft
Willem Dolleman is op 29 juli 1894 geboren. Als dertienjarige treedt hij in de voetsporen van zijn vader en wordt bakkersknecht. Hij werkt bij bakker Vreken die winkels heeft in de Van Ostadestraat 134 en de Jan Steenstraat 48. Zijn baas is de vader van Gerry Vreken, de rechtsbuiten van het elftal van ADO dat in 1941 en 1942 landskampioen wordt. Gerry is een échte rechtsbuiten: hij is fanatiek lid van de NSB, de partij van Mussert. Maar dat is een ander verhaal… Willem Dolleman is juist als jonge knul politiek actief in de Haagse afdeling van de linkse jeugdbond De Zaaier. Hij demonstreert tegen de Eerste Wereldoorlog die in 1914 uitbreekt.
In 1915 overlijdt Willems elfjarige zusje aan tuberculose (tbc). Een ziekte die in de volksmond ‘de tering’ heette. Mensen met genoeg geld wisten meestal aan deze ziekte te ontsnappen door betere voeding, medicijnen en sanatoria. Willem is woedend. Hij zweert haar korte leven en droeve dood te wreken met onverzoenlijke strijd.
Na de Eerste Wereldoorlog in 1918 trouwt Willem met Meta Mater en wordt vader van drie zonen. Hij blijft radicaal-links en wordt uiteindelijk partijbestuurder bij de Revolutionair Socialistische Arbeiders Partij (RSAP). Die RSAP stelde wel wat voor. In 1933 wordt lijsttrekker Henk Sneevliet in de Tweede Kamer gekozen. Ook worden vier zetels in de Provinciale Staten gewonnen en 23 zetels in verschillende gemeenteraden.
Toespraken in de binnentuin
Zoals gezegd is Willem Dolleman
een echte Schilderswijker. Vanuit zijn huis aan de Van Beijerenstraat 94 organiseert hij in de binnentuin optredens van een arbeiders-harmonie-orkest. Als de mensen dan in het zonnetje vanaf hun balkons en hangend uit geopende ramen naar de muziek luisteren, dan houdt Willem in de pauzes toespraken, bijvoorbeeld tegen een huurverhoging. Ongetwijfeld heeft hij daarbij ook gewaarschuwd voor het opkomend fascisme. Hij was immers de hoofdredacteur van het Haagse RSAP-blad De Anti-Fascist!
Onlangs kreeg ik van een vriend een gestencild nummer van De Anti-Fascist! in handen. Het is de uitgave van mei 1939. Willem Dolleman vraagt in zijn hoofdartikel Een Nieuwe Lente. Wanneer het Nieuwe Geluid? om actie tegen kapitalisme en fascisme. Immers: “Kapitalisme en fascisme zijn één”. Maar vooral waarschuwt hij voor een nieuwe oorlog in De Heersers Drijven Naar Oorlog. Daarmee toont hij een vooruitziende blik, want precies een jaar later breekt voor Nederland de Tweede Wereldoorlog aan. Misschien even vooruitziend was een ander artikel Gevaren voor de volksgezondheid, waarin de farmaceutische industrie (Brocades) voor zijn nietsontziende winstbejag wordt aangeklaagd.
Verder verdedigde Willem zich in een stuk De laffe lasteraar tegen de beschuldiging handlanger van het fascisme te zijn. Een beschuldiging geuit door de stalinist Louis de Visser, nota bene een jeugdvriend en oude kameraad. Achteraf tot somberheid stemmend, is de uitsmijter van dit nummer van De Anti-Fascist! onder het kopje Jodenvervolging nog niet. Dat gaat over een nazi die de etalageruiten van een Joodse winkel had ingegooid. Die werd, toen nog wel, geroyeerd als lid van de Nationaal Socialistische Beweging (NSB) van de ‘leider’ Anton Mussert. Dolleman schrijft: “Mussert kan ’t nog niet hebben, dat de in Duitsland opgedane vakkennis hier in de praktijk wordt gebracht. OPPASSEN ERVOOR DAT HET ZOVER NIET KOMEN ZAL!” Een jaar later droeg de NSB méér dan een steentje bij aan de Holocaust…
De Duitse bezetting
Na de Duitse inval in mei 1940 kwamen de RSAP en Willem Dolleman onmiddellijk in verzet. Ze maakten illegale kranten en droegen bij aan de Februaristaking in 1941 tegen de Jodenvervolging. Willem bakte ook boterkoeken voor kameraden in de gevangenis die door de Duitsers waren opgepakt. Op 2 maart 1942 werd hij zelf gearresteerd. In een kort proces werden hij en negen makkers ter dood veroordeeld. Na het vonnis schrijft Willem aan zijn jongste zoon Frans: “Je sigaren heb ik heerlijk opgerookt, hoor. Ondanks alles zijn toch deze laatste dagen heel mooi. Ik ben erg blij dat jullie allen zo goed begrijpen, dat ik niet anders kon dan ik deed en dat jullie allen overtuigd zijn, dat ik eerlijk en moedig leefde en ook zo zal eindigen. Nu Frans, een laatste zoen en een stevige handdruk van je kameraad en vader. Wees moedig en sterk!”
In de vroege ochtend van 13 april 1942 werden zeven mannen in Amersfoort door een vuurpeloton doodgeschoten. Twee kameraden werden later dat jaar, op 16 oktober 1942, in Woudenberg geëxecuteerd. Eén terdoodveroordeelde makker maakte zelf in zijn cel een eind aan zijn leven.
Een mede-gevangene beschreef de laatste uren van Willem en zijn medestrijders op 13 april 1942: “Ongeveer zes uur ’s morgens werd hun medegedeeld dat het gratieverzoek was afgewezen (…) en dat het vonnis aanstonds zou worden voltrokken. Sneevliet vroeg (…) of ze zonder blinddoek mochten sterven. Dit werd toegestaan (…) en uit volle borst zongen toen zeven mannen, een uur voor hun dood 'de Internationale’. Wat een melodie en wat een woorden (…) Ik schaam me niet dat ik huilde (…) Daarna werden ze in een auto geladen. Om twintig over negen viel het eerste salvo.”
De mannen waren Henk Sneevliet, Ab Menist, Willem Dolleman, Jan Edel, Rein Witteveen, Jan Schriefer en Jan Koeslag – in oktober ging het om Jan Roebers en Anton IJmkers – de tiende dode was Cor Gerritsen. Zij hadden als socialisten in woord en daad gestreden tegen het fascisme. Zij hadden zich verzet tegen uitbuiting, onderdrukking en oorlog, en bekochten dat met hun leven.
Details
-
Schrijver
Rob Lubbersen -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Willem Dolleman aan zijn bureau in de Van Beijerenstraat -
Editie
9-2022