Houtmarkt en Turfmarkt gedurende WOII
Mijn opa Jan Kuijper (1885) woonde op de Houtmarkt 32A, in een oude Koetsierswoning met stal. Gedurende vijftig jaar was hij werkzaam bij de Haagsche Courant als letterzetter/drukker. Hij is geridderd als zijnde, vijftig jaar trouwe dienst met de Zilveren Bonds-Ridder in de orde van Oranje-Nassau. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was mijn opa chef drukpers. Eind 1944 moest hij Pers Nr. 4 stil laten zetten in opdracht van de Duitse bezetters. Uiteindelijk bleek deze krantenpers later in de nacht opgeblazen en het archief vernietigd.
Er mochten niet zoveel kranten meer gedrukt worden met berichten uit het buitenland.
Mijn vader Arie Kuijper (1919) werd in augustus 1939 opgeroepen voor de Mobilisatie bij de Garde Regiment Grenadiers en Jagers. Bij het sneuvelen van een soldaat werd de helft van het plaatje afgeknipt en ging naar de familie. In een Kazemat, een zware bunker aan het Scheveningse strand, waren ze gelegerd. Zijn onderdeel bestond uit radio/telegrafisten voor berichtenverkeer met andere legeronderdelen.
Op 10 mei 1940 kwamen de Duitsers na mislukte inname van het vliegveld Ypenberg/ Valkenburg toch ’s-Gravenhage binnentrekken. Dat kwam zijn zus, Zus-Jean Kuijper (1916), te weten en zij ging snel naar de kuststrook waar Arie gelegerd was waar ze hem heeft geroepen en hem onder prikkeldraad door naar hun huis heeft geloodst in burgerkleding. De overgave van Nederland was toen al aan de gang.
Mijn vader was in de oorlog melkbezorger en accordeonist met schriftelijke toestemming van de Duitse macht. Hij was accordeonist in Café Smeets op de hoek van de Turfmarkt/ Nieuwe Haven. Hij speelde eens op een avond met zijn voet op een briefje van 25 gulden dat iemand had verloren. Na afloop kon mijn vader met verkrampte voet het geld onder zijn schoen weggrissen.
In de hongerwinter van november 1944 t/m maart 1945 kostte een brood soms wel tachtig gulden. Mijn oma Geertje (1892) had voor de uitbraak van de oorlog besloten te gaan hamsteren en een voorraad etensblikken, zeep en lucifers in te slaan. De lucifers waren een gebruikelijk ruilmiddel voor andere goede-ren en etenswaren. In platte koetsiersjassen-kasten in het achterhuis vond ik in 1960 nog Sunlight Zeep opgeslagen en lucifers op de zolderslaapkamer van mijn opa en oma. Bij navraag kwamen de verhalen los.
Op 21 november 1944 kreeg iedere man in de wijk het schriftelijke bevel buiten te gaan staan voor de deur met een koffer met verschoning om naar Duitsland te worden gebracht voor Arbeit-einsatz in hun fabrieken. Arie en broer Jan Kuijper (1913) doken onder in een spauwmuur. Boven de wc was een gat gemaakt in het houten plafond en daar werd een zware, ijzeren plaat op gelegd en met een bankje waar ze op zaten nog zwaarder gemaakt met hun gewicht. (In schaalmodel 1:76 heb ik dit huis met wc nagemaakt).
Met een etens- en drinkvoorraad voor de dag zaten zij af te wachten hoe de razzia zou aflopen.
Slechts één Duitse soldaat trok snel de wc-deur open en sloot die weer nadat niemand was aangetroffen. Daarna verlieten de soldaten de woning. Veilig klommen de broers weer uit hun 90 cm brede en 2.50 meter hoge vluchtgangetje, met de meegenomen ‘plasemmer’.
Om voor een eigen woning in aanmerking te komen trouwden mijn ouders in mei 1943. Ome Dirk Kuijper (1880) was Postbesteller en had een avondpas tot 22.00 uur en was op de bruiloft op de Houtmarkt de laatste gast, iedereen moest namelijk om 20.00 uur (spertijd) weer thuis zijn. Op 3 maart 1945 bombardeerde de Engelse luchtmacht de woonwijk Bezuidenhout per ongeluk, met als doelwit de strategische bezette verblijfplaatsen van de Duitse eenheden van grote omvang, met V-2 bommen, vermoedelijk verstopt in het Haagsche Bos. Later bleken de V-2’s al eerder verplaatst door de vijand.
Met kleine vluchtkoffertjes zat mijn familie onderaan de trap bibberend van angst en van de voelbare trillingen door de zware bombardementen. Na het geraas was alles weer veilig voor de dag.
Het bombardement duurde van 8.30 uur tot 9.45 uur. De in België opgestegen bommenwerpers kregen boven Tilburg het weerbericht van windkracht 3 Bf door en boven Den Haag bleek dat 5 Bf te zijn. Dienstdoende navigator was die dag vrij en de doelwit-missie werd door een plaatsvervanger verkeerd ingeschat. Op 8 mei 1945 werd Den Haag bevrijd en klommen mijn moeder Nel en Zus Kuijper op een tank van de Canadese bevrijders (First Canadian Corps) waar zij door de gevulde straten en jubelende mensenmenigte trokken.
Eenmaal op de Laan van Cobus van Kattenburg gingen zij helemaal lopend, 10 kilometer weer terug naar huis. Zus Kuijper trouwde in 1946 met een Engelse bevrijdingssoldaat John Anderson en vertrok in 1947 naar Engeland. John werd onderscheiden namens koning George VI als Infanterist 112e Royal Field Artillery.
Details
-
Schrijver
Jan Kuijper -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Mijn vader werd in 1939 opgeroepen voor de Mobilisatie -
Editie
18-2024