Cremeren in Den Haag
Stel je voor: in de respectabele Sociëteit De Witte aan het Plein in Den Haag bespreekt een groepje nette heren het plan om een organisatie op te richten die als doel zal krijgen iets te gaan uitvoeren wat volgens de wet niet mag. Illegale praktijken dus! We moeten daarvoor terug naar juni 1874 en de mannen werden de oprichters van de Vereeniging tot invoering der Lijkenverbranding in Nederland. Ze wilden dat het ook in Nederland mogelijk werd om je na je overlijden te laten cremeren.
Verbod
Het oudste verbod op cremeren dateerde al uit 785, toen Karel de Grote meende dat lijkverbranding iets voor heidenen en niet voor christenen was. Heel lang was daar in Europa ook geen discussie over. Maar in de negentiende eeuw veranderde dat. Het begraven in kerken en kerkhoven leverde ongezonde situaties op en vooral artsen maakten zich sterk voor een meer hygiënische aanpak. Echter, de Nederlandse begrafeniswet van 1869 verbood crematie, al stond in de wet niet welke straf erop stond.
In Duitsland kwamen meerdere crematoria, waar ook Nederlanders werden gecremeerd. Zo vond ik in een krant uit mei 1899 een bericht dat drie lijken uit Den Haag naar Hamburg waren overgebracht, om daar te worden gecremeerd. De krant benadrukte dat hieraan zeer hoge kosten waren verbonden, maar dat de overledenen het blijkbaar erg belangrijk vonden om voor crematie te kiezen.
Het eerste crematorium in Nederland
Pas in 1913 bereikte de hier-boven genoemde vereniging haar doel: het crematorium Westerveld in Driehuis werd gebouwd. En op 1 april 1914 was daar de eerste crematie en wel van de arts Dr. C.J. Vaillant, hoofdbestuurslid van de vereniging. Zijn kist werd door de secretaris van de vereniging, Dr. van Lissa in de verbrandingsoven geschoven, die daarmee dus de wet overtrad. Er is proces verbaal opgemaakt, maar de secretaris is niet vervolgd.
Cremeren werd dus gedoogd en kreeg zelfs koninklijke belangstelling, want een jaar later bracht prins Hendrik, de man van koningin Wilhelmina, een bezoek aan het crematorium. Pas in 1955 werd de wet veranderd en was crematie niet langer illegaal. Wel waren er nog twee verschillen ten opzichte van begraven:
• Om te voorkomen dat sporen van een misdrijf zouden verdwijnen, was een tweede lijkschouwing nodig. Dit bleef zo tot 1991.
• De overledene moest bij leven een codicil opstellen, oftewel: hij of zij moest de keuze voor crematie nadrukkelijk opschrijven. Dit bleef zo tot 1968.
Cremeren in Den Haag
De hierboven genoemde vereniging heette inmiddels de Koninklijke Vereniging voor Facultatieve Crematie toen ze in 1960 een verzoek indiende om in het uitbreidingsplan Ockenburg een crematorium te mogen bouwen. Dit zou dan het tweede crematorium in Den Haag worden, want er was inmiddels ook een Haagse Crematoriumvereniging die al in 1956 een aanvraag had gedaan. De vereniging wilde een crematorium van een eenvoudig, doch waardig karakter bouwen op het terrein van de begraafplaats Nieuw Eykenduynen.
Een krant uit die tijd verbaasde zich over de mogelijke bouw van twee crematoria op ‘enige honderden meters’ van elkaar. De journalist had duidelijk nog geen Google Maps, want daarin zie ik dat de beide locaties 4,3 kilometer van elkaar afliggen. Beide organisaties kregen goedkeuring voor hun plannen. Er waren wel bezwaren van de gereformeerde kerken in Nederland, die vonden dat lijkverbranding indruist tegen de christelijke zede. De protesterende groep was echter in Den Haag te klein om te kunnen spreken van overheersende bezwaren.
Nieuw Eykenduynen
Op 10 december 1962 werd het crematorium Nieuw Eykenduynen in gebruik genomen. Daarmee was Den Haag de eerste grote stad in het westen met een dergelijke voorziening. Er was gekozen voor een kostenbesparende aanpak: de bestaande aula van de begraafplaats werd ook voor de crematieplechtigheden gebruikt. Sinds 2019 is er op Nieuw Eykenduynen geen crematorium meer. Nog wel een afscheidslocatie, uitvaartcentrum en begraafplaats.
Ockenburgh
Het crematorium Ockenburgh had een mooie start, want de gemeente gaf de grond voor niets. Het ontwerp werd gemaakt door architect Jan Wils, die we ook kennen van onder andere de Papaverhof en het Olympisch Stadion in Amsterdam. Een bespreking in de krant benadrukte dat de architect een hoge schoorsteen had weten te vermijden, dat zou psychologisch erg belangrijk zijn. Inmiddels is het gebouw een gemeentelijk monument.
Haagse Duinen
Intussen hebben we in Den Haag nu wel twee crematoria op enige honderden meters afstand van elkaar. Op 9 april 2017 is het uitvaartcentrum Haagse Duinen aan de Wijndaelerweg geopend, zo’n vijfhonderd meter van crematorium Ockenburg. Het is eigendom van de CUVO, de naam die staat voor Coöperatieve Uitvaartvereniging De Volharding.
Rooms-katholieken
In 1886 vaardigde de toenmalige paus een decreet uit dat crematie verbood. Op 5 juli 1963 keurde Paus Paulus VI (een maand nadat hij paus was geworden) een versoepeling van het rooms-katholieke standpunt inzake crematie goed. Vanaf dat moment was cremeren ook voor katholieken toegestaan.
Een jaar later had de Stichting R.K. Begraafplaatsen al de mogelijke bouw van een katholiek crematorium opgenomen in de nieuwe indeling van begraafplaats Sint Barbara aan de Binckhorstlaan. Maar de realisatie van dit crematorium duurde even; eind mei 2023 zegende Bisschop Hans van den Hende de ruimtes met wijwater en wierook. Overigens is het crematorium ook beschikbaar voor niet-katholieken.
De Haagse crematoria en afscheidscentra hebben hun eigen geschiedenis en hun eigen sfeer. Het zijn voor veel Hagenaars belangrijke plekken waar we afscheid nemen van onze dierbaren.
Details
-
Schrijver
Jacqueline Alders -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Crematorium St. Barbara. Foto: Piet Gispen -
Editie
10-2025