Reactie op het verhaal van Hendrik (Henk) Kompagne
In De Haagse Tijden nr. 24 & 25 las ik het verhaal ‘De neven Hendrik (Henk) Kompagne en Geert Pouwels’. Hierop wil ik graag reageren met mijn eigen verhaal. Henk Kompagne was namelijk een collega van mijn vader P. A. van der Velden en kwam vaak bij ons thuis. Ze werkten beiden bij de Haagse politie. Mijn vader reed op een Harley Davidson en Henk was zijn bakkenist.
Ons gezin
Ik werd geboren op 13 mei 1937 te Den Haag. Tijdens het uitbreken van de oorlog woonde ons gezin driehoog in een portiekwoning op de la Reyweg 673. Ik heb nog een broer, geboren in mei 1939, en een zus, geboren in juli 1943. Mijn vader was een politieman bij de verkeerspolitie en reed op een Harley Davidson met zijspan. Voor zover ik mij kan herinneren had ik gelukkige ouders en hadden wij het redelijk goed thuis.
Arrestaties
Op 16 oktober 1943 is mijn vader gearresteerd door twee leden van de Documentatiedienst, Hendrik Westerdijk en Hendrik Verbaan. De beschuldiging luidde: Jodenbegunstiging. Hij had inderdaad Joden geholpen en ik kan mij nog goed herinneren dat hij in een auto werd geduwd. Mijn vader wist goed dat ik daar getuige van was geweest, wat later bleek uit een van de brieven die hij aan mijn moeder schreef vanuit het concentratiekamp Vught: “Als ik aan Pietje denk dan moet ik geregeld terugdenken aan die zaterdag. Hij keek mij zo aan… Hij begreep wel dat er iets niet in orde was, want dat gezicht vergeet ik maar niet.”
Evenals Henk Kompagne is mijn vader ook vanuit Scheveningen naar Vught vervoerd. Van daaruit zijn beiden op 5 of 6 september 1944 naar Oranienburg/Sachsenhausen gebracht, waar zij hebben gevangengezeten in een voormalige hangaar. Op 16 oktober 1944, samen met 1600 andere gevangen, zijn zij overgebracht naar Neuengamme.
Mijn vaders broer Gerard en vrouw Wies, alsmede nog een drietal familieleden uit Bergen op Zoom, werden ook op 16 oktober 1943 gearresteerd. Ook zij zijn in december 1943 naar KZ Vught overgebracht. Gerard is 24 mei 1944 naar Dachau afgevoerd samen met twee andere familieleden. Zijn vrouw Wies is samen met haar zus Virginia op 6 september 1944 van Vught naar Ravensbrueck gebracht, waar Wies op 16 maart 1945 is overleden. Haar zus heeft Ravensbrueck overleefd.
Huize Windekind
Na zijn arrestatie is Gerard overgebracht naar Villa Windekind aan de Nieuwe Parklaan 76. In deze villa was van eind 1941 tot 5 mei 1945 Abteilung IV b 4 (Judenreferat) van de Sicherheitspolizei gevestigd. Begin 1942 werd de villa van de voormalige secretaris van Koningin Wilhelmina gevorderd. De Duitsers vestigden er een afdeling van de Sicherheitsdienst (SD), IV B4-Den Haag. Villa Windekind werd het gespecialiseerde politiebureau van de Sicherheitspolizei, waarin de opsporing en het verhoor van ondergedoken Joden en hun helpers waren geconcentreerd. De beruchte SD-man Franz Fischer kreeg in Windekind nagenoeg carte blanche voor het werk van de Sicherheitspolizei rond de ‘ordelijke’ deportatie van de Haagse Joden en de opsporing van ondergedoken Joden en hun helpers. Zijn specialiteit was het ‘U-boot Spiel’ waarbij de slachtoffers in een badkuip langdurig onder water werden gehouden om bekentenissen of inlichtingen af te dwingen. Huize Windekind is in 1990 op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst.
Verhoor
In Villa Windekind wordt Gerard door Frans Fischer en Kees Kaptein ondervraagd over zijn aandeel in de jodensmokkel. Kees Kaptein blijkt een echte allrounder. Op een gegeven moment zet Fischer Gerard in de hoek van de kamer, en geeft Kapitein de bizar klinkende opdracht de arrestant eens aan een kleerhanger te laten ruiken. Kaptein weet precies wat Fischer wil: hij duwt de hanger vele malen met grote kracht tegen Gerard zijn neus zodat het bloed eruit spuit. Als Gerard bijkomt, moet hij zich wassen. Zijn vrouw wordt binnengebracht, de agenten beginnen te grinniken en vragen haar of haar man er niet schoon uitziet. Dan dwingen ze Gerard, in het bijzijn van zijn vrouw, de bloedspatten die tijdens de mishandelingen op Fischers jas zijn terechtgekomen, af te likken. Maar hoewel de agenten plezier aan het verhoor hebben beleefd, levert het hun uiteindelijk niets op: Gerard blijft zwijgen.
Of mijn vader Piet is mishandeld is ons niet bekend. Na aankomst in Vught heeft hij wel verband en aspirines gekregen. Bovenstaande mishandeling van vader Gerard staat beschreven in het boek Jodenjacht van Ad van Liempt.
De oorlog voorbij
Na de oorlog krijgt Frans Fischer de doodstraf, die later wordt omgezet in levenslang. Hij staat bekend als ‘een van de drie van Breda’. Kees Kaptein wordt veroordeeld tot de doodstraf die op 21 juli 1949 werd voltrokken. De oorlog was haast voorbij en wij hoopten dat mijn vader Piet weer thuis zou komen. Tegen het einde van de oorlog, in maart of april, kreeg mijn moeder bericht dat haar man Piet op een bepaalde dag thuis zou komen. Later vertelde ze dat zij voor die dag familie had uitgenodigd. Ik weet niet van wie ze dit bericht had ontvangen, maar op de desbetreffende dag kwam hij niet. Een paar weken later werd er gebeld en kreeg zij het bericht dat haar Piet op 28 januari 1945 in Neuengamme was overleden. Zij is in het portiek op de la Reyweg in elkaar gezakt. Ik was er getuige van.
Gerard is op 29 april 1945 in Dachau bevrijd door de Amerikanen. Ook de twee familieleden hebben Dachau overleefd. Gerard was er lichamelijk zo slecht aan toe dat hij pas op 31 mei 1945 per trein aankwam in Den Haag. In 1948 is hij met mijn moeder getrouwd. Gerard had zijn vrouw Wies verloren en mijn moeder Annie had haar Piet verloren. Beiden overgebleven met drie kinderen. Later hebben zij samen nog twee zonen gekregen. Gerard heeft zijn hele leven last van zijn benen gehad door de martelingen en het verblijf in Dachau en nevenkampen. In 1989 overleed hij.
Bovenstaand verhaal heb ik opgetekend uit mijn herinneringen, maar is aangevuld met gegevens die mijn zus Marian en haar echtgenoot de laatste twintig jaren hebben opgetekend uit archieven in Nederland en Duitsland.
Details
-
Schrijver
P.A. van der Velden -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Mijn vader op de Harley Davidson en Henk als bakkenist -
Editie
6-2020