Skip to main content

Een ets houdt de herinnering levendig


Een kunstenaar kan gebruikmaken van vele technieken om zijn of haar ideeën vorm te geven. Eén hiervan is de prentkunst. Het gaat hier om een druktechniek waarbij het kunstwerk in een oplage van bijvoorbeeld honderd vervaardigd kan worden en dit kan door middel van diepdruk of vlakdruk. Etsen, ook wel gravures genoemd, vallen onder het diepdrukprocedé. In Den Haag is in 1895 een jongetje geboren dat vooral bekend zou worden als topografisch etser, al is het wel zo dat hij ook van andere technieken gebruikmaakte, zoals schilderen en beeldhouwen.

Hendrikus Elias Roodenburg is op 23 juli 1895 geboren. Henny, zoals hij wel genoemd werd, was de oudste van zeven kinderen. Zijn vader werkte bij een drukkerij als letterzetter. Het gezin woonde in de Eerste van der Boschstraat op nummer 209. In een interview in de Haagsche Courant van 31 juli 1985 zegt hij over zijn vader: “Een kennis zei tegen mijn vader: joh, die jongen moet etsdrukker worden. Vader was er zo eentje die vond dat je wel op eigen benen moest kunnen staan. Hij is er nooit tegen geweest. De meeste vaders houden er niet zo van dat hun zoon in de kunst gaat.”

Na de lagere school en de Burgeravondschool ging hij als leerling etsdrukker werken bij de firma Mouton, gevestigd op het adres Herderstraat 5. Hierdoor leerde hij diverse kunstenaars kennen, zoals Marius Bauer en Willem Witsen en een van hen, Philippe Zilcken, leerde hem de kneepjes van het vak. Jan Schüller die zelf etsen maakte en een kunsthandel aan het Plein had, ging al snel werk van Roodenburg verkopen. Hij had kennelijk oog voor talent, want ook het werk van Jan Mankes die toen nog redelijk onbekend was, was hier te koop. In 1917 werd Roodenburg ingeschreven als werkend lid bij Pulchri Studio en hier kon hij etsen van zichzelf en van anderen afdrukken. Vanaf 1922 had Henny een atelier aan de Lange Beestenmarkt. In datzelfde jaar zat hij op de markt in Culemborg te tekenen toen een van de voorbijgangers hem vroeg of hij bij hem een kopje thee wilde komen drinken. Het gaat hier om de fabrikant en politicus Hendrik de Liefde. Zo leerde Henny de dochter van Hendrik, Johanna Jacoba kennen. Drie jaar later zijn ze getrouwd en op 15 juni 1925 zijn ze in Wassenaar gaan wonen, op de Duinweg nummer 13. Haar vader had op dit adres een villa met een atelier op het noorden laten bouwen en een groot deel van de week woonde hij hier zelf ook. In 1929 krijgen ze een dochter, Marie Cornélie. 

In het eerdergenoemde interview zegt hij over zichzelf: “Ik ben altijd een beetje ouderwets geweest. Ik heb me nooit druk gemaakt over de vernieuwingen in de kunst. Anton Pieck, een jongen uit Den Haag, heb ik ook gekend. Jo Spier heb ik mijn leven lang meegemaakt. Die trok zich nergens wat van aan. Zo heb ik eigenlijk ook gewerkt. Al die nieuwe visies, dat ligt me niet.”

Op 27 april 1987 is Hendrikus Elias Roodenburg in Den Haag overleden.

Poëzieroute Wassenaar

Sinds enkele jaren is er in Wassenaar een poëzieroute gerealiseerd, met als doel: het in de openbare ruimte plaatsen van gedichten, teneinde ze dichter bij de mensen te brengen. Bij de Herenweg staat een gedicht, in 1994 geschreven door een vriend van Roodenburg, de dichter en historicus Jan Willem Schulte Nordholt. Dit gedicht gaat niet alleen over Roodenburg zelf, maar ook de manier waarop een ets tot leven komt, wordt erin beschreven.

 


Details

  • Schrijver

    Carl Doeke Eisma
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    H. E. Roodenburg
  • Editie

    10-2020

Meest gelezen artikelen