Skip to main content

Verstild monument voor een groot man


Met het vallen van de bladeren wordt op het Lange Voorhout, tegenover De Posthoorn, een monument zichtbaar. Het is een gedenkteken dat in 1864 is opgericht voor een man die niet in onze geschiedenisboeken staat vermeld maar voor Nederland van grote betekenis is geweest: Hertog Karel Bernard van Saksen-Weimar-Eisenach (1792-1862). Wie was die man voor wie zo’n groot beeld, op zo’n prominente plaats, is opgericht en waar de Weimarstraat naar is vernoemd?

Jena

Duitsland was rond 1800 een lappendeken van zelfstandige koninkrijken en vorstendommen, groot en klein, maar wel verenigd in het Heilig Roomse Rijk onder keizer Frans II. Een van die kleine staatjes was het hertogdom Saksen-Weimar-Eisenach met aan het hoofd Hertog Karel August. Zijn oudste zoon heette Karel Frederik die voorbestemd was zijn vader op te volgen. Voor zijn tweede zoon, Karel Bernard (KB) was alleen een loopbaan in het leger, de wetenschap of de kerk weggelegd. KB koos voor het leger en al op veertienjarige leeftijd meldde hij zich als vrijwilliger bij de staf van de Pruisische generaal Von Hohenlohe. Op dat moment, 1806, was Napoleon bezig met een opmars door Duitsland en stuitte bij Jena op een groot leger van Pruisen. KB maakte van nabij mee hoe rampzalig die slag voor Pruisen verliep en vooral ook de wanordelijke terugtrekking daarna. De overwinning maakte voor Napoleon de weg naar Berlijn vrij, waar hij twee weken later triomfantelijk binnen trok. Pruisen capituleerde, keizer Frans II trad af waardoor Napoleon de facto de macht over Duitsland verkreeg.

Waterloo

Napoleon was nu op het hoogtepunt van zijn macht en trok op naar Moskou. Dit verliep voor hem desastreus. Het duurde evenwel tot 1815 toen een leger van geallieerde troepen hem bij Waterloo versloeg. Karel Bernard (KB) was daar bij. Na de verloren slag bij Jena trad hij in dienst van het Saksische leger waar hij snel carrière maakte en tot kolonel werd bevorderd. Hij was echter niet alleen talentvol maar ook ambitieus. In 1815 stapte hij over naar het Regiment Oranje Nassau waar hij de kans kreeg zij aan zij met prins Frederik Willem, onze latere koning Willem II te vechten. Bij Quatre Bras en Waterloo speelde hij een belangrijke rol bij het militaire succes van het regiment dat Frederik Willem de bijnaam Held van Waterloo bezorgde. Hoe belangrijk zijn rol was geweest, bleek uit zijn bevordering tot generaal-majoor. Zijn militair talent en inzicht kwam van pas tijdens de Belgische Opstand in 1833. KB wist de opstand in Antwerpen neer te slaan en via strategisch manoeuvreren Maastricht voor de noordelijke Nederlanden te behouden.

Vrede van Kuta

De militaire loopbaan van KB kreeg na de Belgische Opstand bij gebrek aan oorlog in Nederland een vervolg in Nederlands-Indië. Daar was het allesbehalve pais en vree. Gouverneur-Generaal Rochussen had in zijn pogingen heel Indië onder zijn gezag te brengen vergeefs geprobeerd de vorsten van Bali te dwingen het Nederlands gezag te erkennen, zich te onderwerpen. Twee expedities waren uitgelopen op een smadelijke nederlaag en hadden het prestige van het Nederlands gezag bij de inlandse vorsten aangetast. Een derde nederlaag kon hij zich dus niet permitteren. Een nieuw expeditieleger werd onder bevel van generaal Machiels samengesteld. Het bestond uit een vloot van 29 oorlogs- en 26 transportschepen, 16 landingsvlotten, 286 kanonnen en 5000 militairen. 

De eerste acties in Noord-Bali waren succesvol maar eisten aan beide zijden veel slachtoffers. De inlandse vorsten trokken zich met hun troepen terug in het binnenland en Machiels scheepte zijn mannen weer in. Nu was Zuid-Bali aan de beurt maar daar verliep het allesbehalve naar wens. Hij stuitte op veel verzet, trok zich tactisch terug maar door de vroege inval van de moesson brak er dysenterie in het legerkamp uit. Bij de gevechten was Machiels gewond geraakt en overleed na een aantal dagen. Zijn plaatsvervanger, kolonel Van Swieten besloot tot het voorlopig beëindigen van de acties en nadere instructies uit Batavia af te wachten. Gouverneur--Generaal Rochussen stuurde als vervanger van Machiels zijn nieuwe opperbevelhebber luitenant-generaal Karel Bernard naar Bali met een volmacht naar bevind van zaken te handelen: de strijd vervolgen dan wel een overeenkomst met de vorsten sluiten. De inlandse vorsten hadden van de gelegenheid gebruik gemaakt hun troepenmacht uit te breiden. 

Tegenover de Nederlanders stonden nu 33.000 inlandse militairen die groot in aantal maar wel slecht bewapend waren. KB inspecteerde na aankomst direct zijn gehavende troepen en liet zich over de lokale situatie uitgebreid informeren, onder andere door een Deense handelaar in rijst, specerijen en wapens Mads Lange. Die genoot vanwege zijn handel het vertrouwen van de inlandse vorsten. Lange wist te melden dat een militaire confrontatie tot zeer veel slachtoffers zou leiden, dat het er voor de Nederlanders slecht uitzag maar ook dat de vorsten geen zin hadden in een militair avontuur. KB nodigde daarop de vorsten uit voor persoonlijke onderhandelingen met hem. De inlandse vorsten gaven gehoor aan de uitnodiging en waren verguld dat zij op niveau en wel met een vertegenwoordiger van de hoge Europese adel om de tafel konden zitten. 

Mads Lange zorgde er voor dat alle vorsten kwamen en regelde zowel hun verblijf als de verblijfkosten van hun hele meekomende hofhouding. De partijen kwamen snel tot overeenstemming: de Balinese vorsten behielden hun zelfstandigheid in ruil voor erkenning van het Nederlands gezag. De vrede van Kuta was daarmee een feit. KB keerde in Batavia terug niet als veldheer na een gewonnen slag maar als diplomaat met een vredesovereenkomst op zak. Niet lang daarna zag hij zich om gezondheidsredenen gedwongen terug te keren naar Nederland waar hij rijk werd gedecoreerd en hem eervol ontslag werd verleend. Hij trok zich terug op zijn landgoed Liebenstein waar hij zich aan zijn geliefde wetenschap, de wiskunde kon wijden. Een publicatie over de regelmatige zevenhoek in het ‘Lehrbuch der Geometrie’ toonde nog eens aan hoe talentrijk deze man was.

Tot slot

De familie Saksen-Weimar-Eisenach voelt zich heden ten dage nog steeds verbonden met de stad Den Haag. Ter gelegenheid van de officiële afronding van de restauratie van het gedenkteken in 2005 heeft Prins Michael van Saksen-Weimar-Eisenach speciaal hiervoor een bezoek aan onze stad gebracht. Met zijn aanwezigheid bij deze ceremonie wilde hij de historische band van zijn familie tot uitdrukking brengen.


Details

  • Schrijver

    Ton van der Pijl
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Gedenkteken Karel Bernhard van Saksen-Weimar-Eisenach. Foto: Roger Veringmeier, Wikimedia
  • Editie

    26-2021

Meest gelezen artikelen