Skip to main content

Hondenkar en bakfiets weer terug op straat

Het straatbeeld in Den Haag is de laatste jaren aardig gewijzigd. Dat komt niet alleen door de groei van het aantal elektrische fietsen of auto’s. De komst van flitsbezorgers en de vele fietskarretjes in soorten en maten lijken oude tijden te doen herleven.

Trekhonden

Op oude foto’s van Den Haag rond 1900 is te zien hoe druk het toen op straat was. Voetgangers, fietsers maar vooral veel mannen met handkarren en paard en wagens. In die tijd en eigenlijk tot in de jaren zestig van de vorige eeuw was er veel meer ambulante handel dan nu. Er werd meer op straat verkocht, aan huis bezorgd en al die handel werd met de handkar vervoerd. Zware vrachten en zeker die met enig volume werden met paard en wagen getransporteerd. Zware, kleine vrachten gingen op de handkar met een extra mannetje ervoor om te trekken. Degene die hielp was meestal een gezinslid of knecht, maar als die niet beschikbaar was bood een trekhond uitkomst. 

Honden als trekdier voor commerciële doeleinden werd in die tijd niet als een bezwaar gezien. Paarden werden ook al eeuwen als trek- en lastdier gebruikt. Ook bokken werden ingezet om bijvoorbeeld kinderen met een ritje te verblijden. In het Aap, Noot, Mies wordt zo’n bokkenwagen nog vrolijk ten tonele gevoerd. De meeste hondeneigenaren behandelden hun trekhonden over het algemeen goed en lieten ze met de pot mee eten. Honden die als gezelschapsdier werden gehouden hadden een luxeleventje. In De Haagse Tijden van 3 mei 2022 staat een aardig artikel over Jantje Luit die in de dertiger jaren als dienstmeisje bij een rijke familie werkte. Daar kwam iedere dag de groenteboer, de slager en de kapper (!) langs, speciaal voor de hondjes. Dit was voor Jantje uit Valthermond een hele schok, zeg maar gerust een cultuurschok. Zij was gewend dat honden buiten in hun hok sliepen of anders in de schuur en goed waren voor de restjes uit de keuken. Het behoeft dan ook geen uitleg op welke honden de uitdrukking ‘een hondenleven’ slaat. 

Toch is het gebruik van een hond als trekdier niet direct dierenmishandeling. Zie hoe in Scandinavië honden nog steeds als sledehonden dienstdoen. Het is echter niet voor niets geweest dat in 1911 de Trekhondenwet van kracht werd, waarin voorschriften stonden voor het houden van trekhonden. In 1963 werd bij wet zelfs het gebruik van honden als trekdier voor commercieel gebruik verboden. In dat jaar werden in Staphorst nog 27 honden van de weg gehaald!

Gezelschapsdier

De hond als gezelschapsdier is gebleven. En een hondenleven kan nu gerust geassocieerd worden met een luxeleventje. Ze mogen overal in huis rondlopen, slapen in een mand op een speciaal hondenkussen, zitten achterin de auto op een eigen deken of in een beschermende bench in de achterbak. Gaat de baas met hond op stap dan zag je vroeger nog wel eens iemand op een fiets met een plankje achterop waar de hond op stond of met een mandje voor een kleine hond. Nu zien we op zonnige dagen de hondenvrienden op stap gaan met een karretje achter de fiets. Dit is geschikt gemaakt voor het vervoer van een hond, inclusief een gazen deurtje zodat het dier nog wat kan zien. Geen idee of honden het leuk vinden maar de bazen denken er goed aan te doen. Ze kunnen de auto laten staan, een heerlijke fietstocht maken en de hond kan lekker mee. Toch zullen degenen die de hondenkar nog hebben meegemaakt meewarig het hoofd schudden bij deze hondenkar nieuwe stijl. Het is de omgekeerde wereld: ‘man trekt hond’ in plaats van ‘hond helpt man met trekken’. 

De bakfiets

De handkar verloor vlak voor en zeker na de Tweede Wereldoorlog terrein met de opkomst van de bakfiets. Deze combinatie van fiets en handkar was weliswaar duurder in aanschaf maar ook een stuk comfortabeler en sneller. Het vroeg wel andere spierkracht, doch een hulpmotor bood als het nodig was soelaas. De extra kosten konden worden opgehoest door de hogere verdiensten die werden behaald. Zo betekende de technologische vooruitgang en de stijgende welvaart het einde van de hond als trekdier. 

De bakfiets was erg populair en met name de grote variëteit in bakken maakte ‘m voor vele beroepsgroepen geschikt. De visverkoper kon er zowel zijn vis mee vervoeren als vis aan fileren en verkopen, de bakker kon zijn brood droog en vers houden in de houten kist, de melkboer kon zijn melkbus kwijt alsmede in een kist de boter, eieren etc. opbergen. In de loop van de zestiger jaren werd het bezorgen aan huis en verkopen op straat steeds minder. De bakfiets verdween uit het straatbeeld of werd vervangen door Spijkstaalwagentjes. Een kortstondige revival beleefde de bakfiets als actiemiddel. De Provo’s in Amsterdam monteerden op de bak protestborden en fietsten mee in demonstraties. In Den Haag vond dit verschijnsel navolging bij actiegroepen tegen woningnood, voor ontwapening en voor bescherming van het milieu. Deze bakfietsen waren echter de afdankertjes van de ambulante handel en nieuwe werden er toen nauwelijks nog geproduceerd. We zagen ze nog wel eens bij viskramen of ijsventers, maar dat was meer nostalgie.

Net op het moment dat de bakfiets in het museum kon worden bijgezet, ontstond er een nieuwe toepassing, namelijk die voor het vervoer van kinderen. De kleintjes zitten nog vaak voor- en/of achterop de fiets met zijtassen voor de boodschappen. Zo vol bepakt is geen pretje en niet veilig voor de kinderen. In Amsterdam ontstond het idee van een bakfiets speciaal voor kindervervoer. Er kwamen twee modellen: een klassieke driewieler met vierkante bak en een tweewieler met een bak tussen de twee wielen. Na even wennen zijn de gebruikers er positief over, zeker nu de nieuwste modellen met een elektromotor zijn uitgerust. 

De bakfiets is een uitkomst gebleken in met name de grote steden, waar het steeds moeilijker wordt om met de auto binnen de stad van A naar B te gaan. Die trend is ook ontdekt door de pakketbezorgers. Zij hebben de driewielige bakfiets omgebouwd en gemoderniseerd zodat ze sneller dan met de auto bij hun klanten kunnen zijn. De maaltijd- en flitsbezorgers volgden hun voorbeeld. Zij hebben de oude transportfiets met rieten mand voorop afgestoft, gemoderniseerd en van een elektromotor voorzien, zodat het bezorgen van bijvoorbeeld warme gerechten een fluitje van een cent is.

De handkar is uit het straatbeeld verdwenen, de hond als trekdier passé; gebleven is de hondenkar en bakfiets die in moderne vorm een hele vooruitgang te noemen zijn.


Details

  • Schrijver

    Ton van der Pijl
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    De trekhond. Foto uit 1904, Wikimedia
  • Editie

    15-2022

Meest gelezen artikelen