De man met de lachende vingers: sneltekenaar Mr. Max
Misschien is hij nog niet helemaal in de vergetelheid geraakt en kennen sommige Hagenaars hem hopelijk nog: Willem Frederik Keppel Hesselink, in zijn tijd zeker in en buiten Den Haag vooral bekend als de karikaturist of sneltekenaar Mr. Max. Wie was hij ook alweer?
Willem Frederik Keppel Hesselink, geboren op 25 februari 1893 in Arnhem, groeide op in een milieu waar het brood vooral met de (wijn)handel werd verdiend. Tot verdriet van zijn ouders, voelde de jongen niets voor een carrière in de wijnhandel. In de Gelderse hoofdstad volgde hij de driejarige HBS. Tekenen en schilderen deed hij het liefst. Zijn eerste karikaturen maakte hij op school: “Ik ruilde spotprenten van onderwijzers voor toverballen”, vertelde hij in 1957. Handel zat dus wel in zijn genen. Daarna verhuisde hij naar Den Haag waar hij op de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten aan de Prinsesse-gracht lessen volgde. Willem Frederik zou de schooldirecteur, de architect Jan Springer, met spottekeningen op zijn serieus werk soms tot wanhoop hebben gedreven. Of de leraren zijn teken-talent onderkenden, vertelt het verhaal niet. Na zijn schooltijd trad hij enkele keren als sneltekenaar op in de pauze van filmvoorstellingen. Hij tekende, zoals hij zelf zei, “als een razende alsmaar dezelfde snuiten in steeds andere standen, totdat ik er zelf razend van werd”.
Na zijn ontslag uit militaire dienst trad hij in 1916 op met het gezelschap The Street Arabs in Rotterdam. De benaming street arab werd in die tijd in Amerika gebruikt voor thuis- en dakloze bedelende mensen. Het was niet ongebruikelijk dat karikaturisten een pseudoniem gebruikten. Aanvankelijk noemde Willem Frederik zich Max Bruning, maar na aanmerkingen dat er in Duitsland al iemand van die naam schilderde, werd het Mr. Max, de artiestennaam die hij zijn hele tekenend leven zou gebruiken. Het waren aanvankelijk gelegenheidsoptredens, vast werk had hij niet. Na enkele verhuizingen in Arnhem en naar Utrecht nam Keppel Hesselink omstreeks 1918 zijn intrek in een gebouw in de Amsterdamse Haarlemmer-houttuinen samen met de schilder en tekenaar Paul van der Ven. Dat pand had eerder de bekende schilder George Hendrik Breitner tot atelier gediend. ’s Winters als er geen geld was voor kolen, verbrandden ze houten lijsten in de kachel. Verschillende kunstenaars, onder wie de Duitse silhouettist Franz Baselowsky, kwamen er op bezoek, zagen zijn werk en raadden hem aan op te gaan treden als karikaturist. En zo debuteerde Willem Frederik als Mr. Max in het Amsterdamse Grand Theater in de Amstelstraat bij Lion van Lier, maar nu niet meer als pauzenummer. Dat was een mooie start, maar hij kreeg geen gage. Het Grandtheater werd geleid door drie broers Van Lier, zei Keppel Hesselink. De oudste kwam om acht uur de kassa leeghalen, de middelste om negen uur en Lion haalde om tien uur de rest. Zo bleef er dus niets over voor de artiesten. Na vruchteloos soebatten om zijn loon verliet hij het gezelschap.
De gave lijn
De sneltekenkunst is geen hip of sexy onderwerp, het is dus ook maar zelden onderzocht. En als dat gebeurt, worden meestal (politieke) karikaturisten ten tonele gevoerd die lang, soms heel wat langer over hun tekening deden dan sneltekenaars. Bij Mr. Max was dat meestal secondewerk op het toneel. Dat is ook wat het publiek van hem wilde. Maar vergis je niet, er komen heel wat uurtjes oefenen aan te pas om iemands gezicht herkenbaar te tekenen. Een paar suggestieve, maar gave lijntjes en Charlie Chaplin staat er (voor wie hem nog kent). Het komische karakter van de tekenkunst maakt het genre geliefd bij het publiek. Nog steeds kun je (professionele) sneltekenaars of karika-tuurtekenaars inhuren. Het werkterrein van Mr. Max is de karikatuur, meestal geridiculiseerde, hyperbolische portretten van personen. Het zijn vaak politici of mensen uit de showbusiness in (hun) alledaagse situaties: uiterlijke kenmerken, zoals gezichtsuitdrukkingen en lichaamstaal, de fysieke overdrijving. Hij tekende verkleinende vergrotingen, dat wil zeggen een soort waterhoofd met een dwergenlichaam eronder, maar er zit geen greintje minachting in. Een goede karikatuur legt een karakter bloot. Een sneltekenaar of karikaturist zoekt niet de perfecte vorm, maar de perfecte vervorming. Dat houdt ook in dat hij op zoek moet gaan naar geschikte figuren van wie de kenmerken ook zo uitvergroot kunnen worden dat die voldoende voor herkenning kunnen zorgen. Zo is een regelmatig gezicht minder geschikt. Zelden zet een karikaturist een figuur in één keer neer. Het meest opvallende kenmerk, bijvoorbeeld een lange dunne neus, wordt eerst een aantal keren geschetst, waarna de andere kenmerken toegevoegd worden. Het is een vak; Mr. Max kon fantastisch sneltekenen. Hij werd wel de man met de lachende vingers genoemd.
Optredens
Mr. Max trad tientallen jaren op, meestal in revuegezelschappen van bijvoorbeeld Paul Ostra en Henri ter Hall met jongleurs, goochelaars, acrobaten en andere kunstenaars in binnen- en buitenland. Vele keren sneltekende hij in toenmalige Haagse of Schevenings illustere locaties, zoals de Tuinzaal van de dierentuin, de Poort van Kleef, Hotel Seinpost, de Prins Mauritsschool, Diligentia, de Kurzaal, het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen, Café Lido, Kunstzaal De Stijl, het intieme Prado-theater, Kunstzaal Hoogewal, Cinema Flora, Diligentia, bioscoopzaal Kuys Witsenburg, Militair Hospitaal aan de Muzenstraat, Palace, Piccadilly, Amicitia aan het Westeinde, Excelsior, Passage, het Verenigingsgebouw aan de Zijlweg, Het Zuid, bioscoopzaal Corso, Scala theater het HTO-gebouw, de grote zaal van het Casino en de Werkplaats van de NS aan de Concordiastraat. Onveranderlijk haalde hij goede recensies in kranten als de Haagse Courant, het Vaderland, de Volkskrant en de Residentiebode. Een van zijn laatste optredens was in mei 1965 in het Haagse Paviljoen Malieveld onder het motto: ‘Een dagje ouderwets met 200 oude artiesten, een nationale reünie georganiseerd door de Haagse artiestenclub Nog vele jaren’.
Het valse etiket van ouwe stumperds
Een half jaar voor Mr. Max’ overlijden in 1966 interviewde een verslaggever voor de Volkskrant de secretaris van de Amsterdamse Reünie Club, de praktiserend goochelaar Henk Daniëls. Die was boos op de Telegraaf, met name op de showpaginaredacteur Henk van der Meyden, die wel vaker knuppels in hoenderhokken gooide. Die had verscheidene oud-artiesten ontmoet, “die sterren, in kleine stoffige kamertjes, waar alleen nog maar gerafelde knipselboeken met soms Engelse en Amerikaanse verhalen over grote successen in het variété, de revue of het circus aan de vroegere glamour herinnerden”. Die kritiek hakte erin bij revueartiesten als Daniëls, die geschokt waren door het etiket, dat op ze geplakt is, dat valse etiket van ouwe stumperds die het zo rot hebben, die eenzaam en verlaten leven. Daniëls laat een foto uit die tijd aan de verslaggever zien, een groepsfoto met zo’n honderd artiesten op de boulevard in Scheveningen: “Hier staan Greta Schleij, Henk Neef, Henny van Gelder, mr. Max, Hennie Verra, Nol Schotanus, de namen zullen u niet zoveel meer zeggen, maar dat waren in hun dagen grote artiesten, die het niet arm hadden”, zegt hij.
Toegegeven, Mr. Max bewoonde een zolderkamer in de Galilei-straat. Hij had niet veel nodig, maar arm was hij niet. Voor een interview in december 1957 ontving hij daar de verslaggever en de fotograaf van Het Binnen-hof. Aan de wanden hingen tientallen foto’s en tekeningen, evenzovele herinneringen aan revues met eigentijdse even grote als vergeten sterren als Heintje Davids, Johan Buziau, Jean-Louis Pisuisse en de Joodse goochelaar Michel Velleman, bekender als Ben Ali Libi. Op een tafel liggen grote vergeelde plakboeken met foto’s, karikaturen, programma’s, contracten, dankbetuigingen, handtekeningen van beroemde artiesten en recensies van zijn optredens in Nederland en Europa - waar is dat alles na zijn dood gebleven? En waar is hij begraven? Waar al dat materiaal is gebleven weet de familie niet… U wel? Misschien heeft Mr. Max u tijdens een van zijn optredens getekend? Heeft u die tekening nog? Dan kunt u contact met mij opnemen via onderstaand mailadres.
Details
-
Schrijver
Pieter van Wissing -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Mr. Max tekent een onbekende vrouw met hondje, Charlie Chaplin en Pieter Jelles Troelstra. -
Editie
16-2023