Ontstaan en groei van Besuyenhouyts Buert
In deze bijdrage wil ik iets vertellen over de buurt waar ik geboren ben, het Bezuidenhout. Een wonderlijke naam die we aan de Romeinen te danken hebben. Met het hout wordt het Haagse Bos bedoeld en de wijk ligt ten oosten van dit bos en niet ten zuiden. Vanaf het begin van onze jaartelling waren de Romeinen een eeuw of vier heer en meester over een deel van ons land. Plinius de Oudere schreef in die tijd een encyclopedie De Naturalis Historia en daarin wordt wat we de Noordzee zijn gaan noemen de Noordelijke Oceaan genoemd. Begrijpelijk, omdat ons land vanuit Italië gezien in het noorden ligt en zo is de naam Besuyenhouyts Buert ontstaan.
In de middeleeuwen heette dit deel van onze stad het Heerenveen omdat hier turf gestoken werd voor de graaf van Holland, het veen van de heer. Later kreeg het de naam Bezuidenhoutse veenpolder. De Bezuidenhoutseweg, oorspronkelijk een zandweggetje, dateert al uit de middeleeuwen. In de buurt van dit weggetje stonden enkele buitenplaatsen en boerderijen zoals Boschlust, het Huis Ter Noot - denk aan de naam van de halte van lijn 6 - en Het Kleine Loo. Ook enkele herbergen waaronder Nieuw Oost-Inje. Hiervan is zo goed als niets bewaard gebleven. Rond 1730 werd voor het eerst de naam Bezuidenhoutsebuurt gebruikt en pas in 1780 was de Bezuidenhoutseweg in z’n geheel geplaveid. Zo’n honderd jaar later groeide de bevolking van onze stad vanwege de industriële revolutie explosief, waardoor het noodzakelijk werd om nieuwe woonwijken aan te gaan leggen. Oude buitenplaatsen werden opgekocht en vervolgens afgebroken.
In 1868 werden de huizen aan de 1e en de 2e Van den Boschstraat gebouwd en dit waren de eerste nieuw aangelegde straten van het Bezuidenhout. Twee jaar later werd het Rhijnspoorstation - het huidige Den Haag Centraal - geopend, met als gevolg dat het aantrekkelijk werd om meer huizen in de omgeving van dit station te gaan bouwen. De toenmalige directeur van de Dienst Gemeentewerken ir. I.A. Lindo ontwierp in 1897 een uitbreidingsplan voor de huizen die ten zuiden van de Laan van Nieuw Oost-Indië werden gebouwd. De huizen ten noorden van die laan werden voor een groot deel gebouwd in de stijl van de Nieuwe Haagse School. Co Brandes was een van de bekendste architecten die in die stijl ontwierp. Tijdens het bombardement dat op 3 maart 1945 plaatsvond, is een groot deel van deze wijk verwoest. In 1988 heeft het Bezuidenhout samen met drie andere wijken de naam Haagse Hout gekregen. Tot zover dit beknopte overzicht van de geschiedenis van het Bezuidenhout.
Mijn geboortehuis
Ik ben geboren op het adres Van Reesstraat 23. Otto van Rees was van 1884 tot 1888 Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië. Toen ik een jaar of zestien was, zijn mijn ouders verhuisd naar de Vruchtenbuurt. In mijn herinnering was het Bezuidenhout eerder een dorp dan een deel van een stad. Je kwam zelden je buurt uit, hoogstens om in de binnenstad kleren te gaan kopen of om naar het strand te gaan, meestal heen lopend en terug met de tram. Je school was vaak in de buurt, in mijn geval in de De Sillestraat en tussen deze straat en de Van Heutszstraat was een enorm speelterrein. Wanneer je buiten ging spelen, deed je dat bijna altijd in je eigen straat. Er was soms zelfs enige moed voor nodig om je alleen in een andere straat te begeven. De territoria waren duidelijk afgebakend. Spelletjes als voetbal en puttentikkertje deed je dan ook meestal voor de deur.
En wat dacht u van het kerst-bomen rauzen tegen het eind van het jaar? Harry Jekkers heeft dat niet voor niets genoemd in ons lijflied Oh, oh, Den Haag. Er was altijd wel een vader ‘die ook jong geweest was’ en die het goed vond dat je de verzamelde bomen in zijn tuin bewaarde. Er was namelijk niets leuker dan de verzameling van anderen in te pikken. Spannende tijden, maar ook momenten waarop je je echte vrienden leerde kennen. Geen vriendinnen? In de tijd dat ik jong was, tijdens en vlak na de Tweede Wereldoorlog, bemoeide je je nog niet echt met meisjes. Ik tenminste niet. Soms was je stiekem verliefd, maar dat liet je niet blijken. Veronderstel dat je afgewezen zou worden! Ik heb een fijne jeugd gehad.
De middenstand
Terugdenkend aan mijn jeugd zie ik vooral de winkels en winkeltjes voor me die je op iedere hoek van de straat kon vinden en natuurlijk niet alleen op de hoek. Zoals u misschien wel weet, komt het woord winkel van hoek. Vanaf de middeleeuwen werden de hoekpanden vaak als winkel gebruikt omdat hier veel mensen langs liepen. Het woord middenstand dateert nog uit de tijd dat de bevolking van een land in sociale groepen werd verdeeld. De geestelijkheid, de adel en de rest. Een deel van die rest was middenstander. Men sprak ook wel van de kleine middenstander, om aan te geven dat het hier niet om een keten van winkels gaat.
Ik vroeg mij af of ik me nog kon herinneren waar die winkeltjes zich bevonden en of ik de namen nog kende, nog los van al die verkopers die langs de deur kwamen. Helaas, mijn geheugen liet me aardig in de steek. Die winkeltjes hadden een duidelijk sociale functie. De winkelier kende de meeste van zijn klanten, je maakte er een praatje met de andere klanten en kreeg soms een koekje of een plakje worst wanneer je boodschappen deed voor je moeder. Ik besloot nog eens te gaan kijken of er nog iets terug te vinden zou zijn van al die winkels. Zo kwam ik in contact met Wilna, die nog steeds in de Van Reesstraat woont en laat ze nou een gedicht hebben geschreven over het verdwijnen van die winkels met naam en toenaam. Zie hieronder.
Afscheid van de laatste Buurtsuper
Waar is de tijd gebleven?
Ik denk dan even
terug aan mijn kinderjaren
en bedenk hoeveel kruideniers er in deze buurt nog waren.
De Rooseboomstraat, Van Alsem reed rond in een koets,
maar mijn moeder vond zijn vrouw maar een viespoets.
Daar dus geen vaste klant.
In de Van der Wijckstraat bij het ‘Schenkmolentje’ beland.
Ontvingen daar ook het Zweeds wittebrood
o wat heerlijk die boterhammen en zo groot.
Dan in de Van Heutszstraat nog Van Loon,
die was gereformeerd, daar ging je niet heen, dat was ongewoon.
Op het Stuyvesantplein waar nu de huisartsenpraktijk zit
was een filiaal van Simon de Wit.
Verderop in de straat ja warempel. Albert Heyn,
niet zo aantrekkelijk, donker en klein.
Dan Van Dijck, hij bezorgde wel thuis, maar hij was katholiek.
Mijn moeder zag het meeste muziek
in De Gruyter Charlotte de Bourbonstraat dus een eind weg,
maar ja, die gaf 10% korting, fijn voor de Sinterklaas wat ik je zeg.
Op de Juliana van Stolberglaan nog eens wat zaken zoals Gordijn
en ik zal er best nog een paar vergeten zijn.
In de loop der jaren deden de Supermarkten hun intrede
en behoorden de kleine buurtwinkels tot het verleden.
Die bepaalde sfeer en de aandacht het is er niet meer,
de winkelbel rinkelde voor de laatste keer.
Bedankt voor zoveel jaren zorg en klantvriendelijkheid.
Geniet met elkaar nog jaren van jullie vrije tijd.
- Wilna Cordess-Lagendijk -
Door de reacties die ik op mijn artikelen krijg, weet ik dat De Haagse Tijden door heel veel mensen gelezen wordt. Ik zou me dan ook kunnen voorstellen dat de huidige winkeliers er graag een advertentie in willen plaatsen. Van de buurtbewoners moet je het immers hebben!
Details
-
Schrijver
Carl Doeke Eisma -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Klassenfoto, school in De Sillestraat -
Editie
10-2024