Spectaculaire vondst van unieke glasnegatieven
Tijdens de verkoop van afgeschreven boeken in de bibliotheek van Monster kwam ik in 1995 in het bezit van het boekwerk Oorlogsfoto’s tegen het licht, uitgegeven in het voorjaar van 1989. Een mooi gedocumenteerde uitgave van de schrijvers Erik Somers en René Kok. In dit boek wordt verteld over de spectaculaire vondst van een grote hoeveelheid glasnegatieven uit de bezettingsjaren en over de zoektocht naar de maker ervan, die uiteindelijk een verrassende wending zal krijgen.
De locatie waar dit verhaal zich afspeelt is de (voormalige) Ambachtsschool aan het Veluweplein. Deze school werd gebouwd in 1932, in opdracht van de Vereniging tot Oprichting en Instandhouding van christe-lijke Nijverheidsscholen voor jongens en meisjes te ’s-Gravenhage en omstreken en op 28 juni 1934 in gebruikgenomen.
Wanneer en door wie ontdekt?
De glasnegatieven waar dit artikel over gaat, werden - in eerste instantie - tijdens een verbouwing in 1965 bij toeval gevonden op de vliering van wat in die tijd nog de christelijke Ambachtschool was, gelegen aan het Veluweplein in Den Haag. Het belang van deze vondst zag men op dat moment niet in en om die reden besteedde men er verder ook geen aandacht aan.
In januari 1988 werden de glasnegatieven door de toen-malige leraar elektrotechniek, Remi Friskes, opnieuw ontdekt. Er was een storing in de stroomvoorziening ontstaan. Op zoek naar de oorzaak kroop Friskes door een klein luikje in het vier meter hoge klaslokaal de bovenste verdieping op en kwam terecht in een soort kruipruimte waar hij de glasnegatieven aantrof, die daar al die tijd hadden gelegen. De negatieven lagen tussen de balken, in de nabijheid van eerder genoemd luik, voorzien van een dikke laag stof. De meeste negatieven waren geordend en in doosjes opgeborgen. Helaas zijn er tijdens de werkzaamheden in 1965 enkele honderden vertrapt. In de kruip-ruimte lag namelijk een grote hoeveelheid glasscherven.
Op de voorpagina van dagblad Het Binnenhof werd op 9 februari 1988 als eerste melding gemaakt van de gevonden glasnegatieven. De aandacht voor de vondst in de media riep veel reacties op. Na de publicatie van een aantal foto’s in de krant herkenden mensen zichzelf. Al spoedig bleek dat er achter elke foto een verhaal schuilging. Het waren ongeveer 3500 opnamen van personen die indertijd in de Haagse Schilderswijk en de Transvaalbuurt woonden.
Begin van de zoektocht
Op initiatief van de directeur van de school, de heer Veerman, werd van een tiental negatieven een afdruk gemaakt. Voor Veerman stond vast dat het hier opnamen uit de bezettingsjaren betrof. Hij bracht het Rijksinstituut voor oorlogsdocumentatie (RIOD) van de vondst op de hoogte en verzocht het instituut een nadar onderzoek in te stellen. Uit hoofde van hun functie als archivaris respectieve-lijk hoofd beeldarchief van het RIOD, waren destijds de auteurs van het later geschreven boek Oorlogsfoto’s tegen het licht belast met het onderzoek naar de collectie. Het grootste gedeelte van de collectie bestaat uit portretfoto’s van ‘gewone’ burgers. Daarnaast zijn er afbeeldingen van NSB‘ers en Duitse militairen, maar ook alledaagse opnamen van familieaangelegenheden.
In de pers circuleerden reeds berichten over de vermoedelijke identiteit van de fotograaf. Dit vanwege zijn pro-Duitse houding, wat de opnamen betreft. Vooral gebaseerd op de opnamen van NSB’ers in uniform en van personen van nationaalsocialistische organisaties en Duitse militairen.
De fotograaf Oudendijk werd in beginsel als maker van de foto’s genoemd; hij had een kleine fotozaak aan de Hoefkade tegenover de school. De kinderen van Oudendijk veronderstelden dan ook dat met de vondst de meer dan veertig jaar als verloren gewaande fotocollectie van hun vader weer gevonden was. Nadat de familieleden de foto’s bekeken hadden, werden er stappen ondernomen om langs juridische weg beslag op de collectie te laten leggen.
Bij de Haagse rechtbanken eiste advocaat mr. F. van der Zwan de inbeslagneming. De directeur van het RIOD, destijds de heer Paape, reageerde direct door het inschakelen van de landsadvocaat. Deze verzocht de rechtbank niet tot inbeslagname over te gaan, alvorens beide partijen gehoord te hebben.
Toen vrij kort daarna de identiteit van de werkelijke fotograaf vastgesteld werd, was er voor de familie Oudendijk geen enkele reden meer om aanspraak te maken op de collectie. Want het verhaal kreeg na verloop van tijd een verrassende wending. Na het plaatsen van twee foto’s uit de collectie op de voorpagina van De Haagsche Courant van 17 februari 1988 (een foto van een bokser en een huwelijksfoto van een Duitse soldaat met een - vermoedelijk - Nederlandse vrouw) kwam er al spoedig een bruikbare reactie. Er kwam een oude afdruk in beeld van deze bokser met op de achterzijde daarvan de naam van een fotograaf met de naam Streefkerk. Opvallend was dat op diverse foto’s hetzelfde vloerkleed waar de gefotografeerde personen staan in beeld kwam. Ook het handschrift van Streefkerk met dat van de glasnegatieven was identiek.
De identiteit van de echte fotograaf
De werkelijk fotograaf was dus Willem Streefkerk (1896-1972), geboren te ’s-Gravendeel. Streefkerk werd in 1939 lid van de NSB en is dat tot het eind van de oorlog gebleven. Opvallend is dat Streefkerk nooit in uniform gekleed was.
Op het moment dat - volgens Radio Oranje - de geallieerden inmiddels Breda hadden bereikt, voelde het gezin van Streefkerk de grond te heet onder haar voeten worden. Samen met haar dochter vertrok mevrouw Streefkerk naar Duitsland. Streefkerk zelf bleef in eerste instantie achter en zag nog geen reden om huis en haard achter te laten en overhaast op de vlucht te slaan. Veertien dagen later is hij alsnog vertrokken.
In februari 1945 kwam Streefkerk met zijn vrouw en dochter terug naar Nederland, waar ze in het Groningse dorp Kiel-Winderweer onderdak vonden. Bij de bevrijding van het Noorden werd de familie Streefkerk op 16 april 1945 gearresteerd. Op grond van de processtukken besliste de Procureur-Fiscaal op 12 juni 1946 tot voorwaardelijke buitenvervolgingsstelling. Zijn vrouw werd op dezelfde gronden van vervolging ontslagen.
Een oplettende lezer zal zich na het lezen hiervan wellicht afvragen waar de glasnegatieven uiteindelijk terecht zijn gekomen. Welnu, na het onderzoek door het RIOD - tegenwoordig overigens NIOD geheten - is in goed overleg besloten om de glas-negatieven permanent onder te brengen bij het Haagse Gemeente-archief. Zodat deze bijzondere collectie ook voor toekomstige generaties behouden blijft.
Details
-
Schrijver
Egbert van der Geest -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Gedeelte van de voorkant van het Boekwerk -
Editie
25-2024