Skip to main content

Bakfietsen en ventwagens; voorlopers van…

Door de pandemie is het de laatste tijd weer een komen en gaan van bezorgers aan de deur met pakjes, pizza’s, warme maaltijden en vooral levensmiddelen. Wie heeft er niet een keer zo’n hoog op de poten staand bezorgwagentje van Picnic gezien en zich de vraag gesteld: wanneer valt dat ding een keer om in een bocht? Kwestie van goed laden, volgens de bestuurders. Overigens zijn deze vervoermiddelen geruisloos omdat ze elektrisch zijn, dus minder vervuilend.

In mijn jeugd in Den Haag, die zich in de jaren zestig afspeelde, was het een komen en gaan van leveranciers aan de deur, onder andere in mijn woonwijk Morgenstond. Omdat de meeste voertuigen in die tijd nog waren voorzien van een tweetaktmotor was het geluid en de geur van mengsmering manifest aanwezig en had nog niemand het over het milieu. De meeste benzinepompen hadden dan ook een aparte pomp voor mengsmering met fantasienamen als Caltex Boron, Orion of Shellina Premix.

Toen wij in 1956 onze maisonnette aan de Meppelweg betrokken, meldden de leveranciers zich al snel. De eerste jaren waren dat vooral bakfietsen. In Den Haag vestigde zich aan de Stille Veerkade het bedrijf P. van der Lely die zich specialiseerde in bakfietsen, invalidevoertuigen en motorcarriers, ook wel brombakfietsen genaamd, en meestal uitgevoerd met een Sachsmotor op tweetakt. In 1979 staakte het bedrijf de productie. De fabrikant heeft de onderneming toen overgenomen vanwege de goede naam die het bedrijf in de jaren had opgebouwd en ging zich in Rijswijk toeleggen op invalidevoertuigen, die destijds door het GAK werden verstrekt. Dit is nu een taak van de gemeente.

Wat kwam er zoal aan de deur? Allereerst was dat bakker Hus, de grootste en meest bekende bakker van Den Haag. Elk zichzelf respecterend winkelcentrum herbergde wel een filiaal van HUS en vanuit de broodfabriek aan de Jacob Catsstraat rukten dagelijks in alle vroegte de straatventers uit met hun bakfietsen vol vers brood, krentenbollen, koekjes en gebak naar de diverse wijken in Den Haag en omstreken. Hetzelfde deed Steenbeek in de Boerenstraat, waar in de vroege ochtend hetzelfde straatbeeld kon worden aanschouwd. Kleinere leveranciers in die tijd waren onder andere Binnerts en Ten Hoopen. Maar ook Lensvelt Nicola N.V. met een fabriek in de Elandstraat was een belangrijke speler en had vele filialen in Den Haag. Veel van deze winkels zijn later overgenomen door Paul Kaiser.

Denken we aan specialiteitengebak, dan moeten we de naam van Maison Kelder noemen. Hun hazelnoot-crèmetaart is voor elke Hagenaar een bekend fenomeen en werd ook aan huis bezorgd in speciale motorbakfietsen. Overigens werd gebak de eerste jaren in houten dozen geleverd, die later weer werden opgehaald. De kartonnen verpakking dateert weer van later.

Het venten van brood was, zeker in de wintermaanden zwaar werk en er werden lange dagen gemaakt. Tijdens sneeuwval moesten de eenvoudige venters vaak geholpen worden om hun sleperskar door de mulle sneeuw te duwen, waarbij menig krentenbol of Casinobrood in de sneeuw belandde. De kooplui waren dan ook verguld met de komst van de Spijkstaal ventwagens, meestal voorzien van een benzinemotor en een afdakje met zitplaats om het voertuig te verplaatsen. Bovendien op het dak een imperiaal, wat zeker voor de melkboeren een uitkomst was. De melkventers van onder andere Van Grieken, Melkunie en Menken gingen de eerste jaren nog rond met melkbussen met een kraantje. De opkomst van de glazen melkflessen betekende echter een toename van het gewicht, waardoor de Spijkstaal motorwagens met gejuich werden ontvangen. 

Zowel de vele melkboeren die in Den Haag een vaste wijk hadden als de bakkers hadden een vaste schare aan ‘hulpjes’, bestaande uit schoolkinderen die na schooltijd of in de vakanties wat bijverdienden met het helpen van de venters. Daar was niet veel mee te verdienen want de beloning bestond meestal uit een paar krentenbollen of een zak ‘kruim’, die werd samengesteld uit gebroken of resten van koekjes, aan het eind van de dag bijeengeveegd en ingepakt. Zelf was ik de trouwe rechterhand van melkboer Kees. Als beloning mocht ik de ventwagen naar het pakhuis aan het Zicht rijden (met Kees naast me op de bok) waar de wagen werd volgeladen voor de volgende werkdag. Met de Simca van Bosman werden dan nog wat nabestellingen gedaan, waarbij de klant altijd op de bovenste etage woonde natuurlijk. Ook ik werd in natura betaald met een pakje roomboter, een fles hopjesvla of een paar speldjes die destijds bij de meeste levensmiddelen werden verstrekt. Mijn verzameling is daardoor aardig compleet. Overigens verbaas ik mij er nog steeds over dat in die tijd de ventwagens niet afsluitbaar waren, maar er nauwelijks iets gestolen werd. Veel bewoners waren overdag niet thuis en zetten een lege melkfles op de stoep met een briefje erin met de bestelling. Die werd dan op de stoep voor het huis gezet en soms hing er een touwtje uit de brievenbus en zetten we de bestelling in de gang. Kees schreef alles op en zaterdags werd dan de hele week afgerekend. Het is veertig jaar geleden, maar lijkt nu of het een andere wereld was.

Naast de bakkers en melkventers hadden we uiteraard meer huis-aan-huisbezorgers. Zo kwam Waayer de kaasboer aan de deur. En Han Smit, de groenteman met zijn omgebouwde verhuiswagen. Trouwe lezers weten het allemaal, want daar heb ik in het verleden al uitgebreid over geschreven. Het is allemaal geschiedenis. Zelfs de modernere SRV-wagen is tegenwoordig een bezienswaardigheid op straat. Bij ons in Zoetermeer rijdt er nog één rond! En verder moeten we het doen met de elektrische bezorgwagens, de blauwe auto’s van Appie en de talloze scooters en snelle fietsen die alles thuisbezorgen. Sommigen zelfs binnen tien minuten! Ach, daar kon die oude Spijkstaal of Van der Lely toch nooit tegen op…

 

 


Details

  • Schrijver

    Ruurd Berendes
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Melkboer Witt uit de Perenstraat heeft een Spijkstaal met gesloten cabine waardoor de elementen hem bespaard blijven tijdens de rit. Bij de eerste versies met afdakje hadden wind, regen en ziektekiemen nog vrij spel
  • Editie

    4-2022

Meest gelezen artikelen