Skip to main content

Een van de grootste brievencollecties van Den Haag

In 2019 verhuisde ik van de Veluwe naar Den Haag. Ik ontmoette daar nieuwe mensen, zoals mijn buurtgenote Jeanette Lotz. Zij vertelde mij tijdens een fietstochtje over een oudere heer die bij haar om de hoek woont, samen met zijn zwart-witte kat Plumeau. Hij was op zoek naar een schrijver die een verhaal zou kunnen maken op basis van zijn familiegeschiedenis. 

Boem (C.A. van Ravenswaaij) vertelde mij dat hij een paar jaar geleden, na het overlijden van zijn vrouw, bij het opruimen in een kast een koffer had gevonden. Daarin vond hij ruim duizend brieven, verzameld door zijn tante Corry - de zus van zijn vader - die in Bry-sur-Marne (in de buurt van Parijs) woonde. Na omzwervingen via hun familie in de Verenigde Staten kwam een gedeelte van de Nederlandstalige brieven bij Boem in Den Haag terecht. Na het overlijden van zijn geliefde Marlene begon Boem met het uittypen van de brieven, om zichzelf af te leiden van zijn verdriet. Ruim drie jaar lang werkte hij ze een voor een uit. De brieven waren moeilijk leesbaar, ze dateerden uit de periode van 1873 tot 1961. Vaak waren het dunne luchtpostvellen. En sommige brieven waren ingrijpend gecensureerd door de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog. 

Ik zag een verhaal in de brieven dat verteld moést worden en besloot er een boek van te maken. In het boek Theodoor vertel ik het verhaal van de familie Van Ravenswaaij, vanaf het laatste decennium van de negentiende eeuw tot aan het begin van de zestiger jaren van de twintigste eeuw. Het is gebaseerd op de persoonlijke brieven van familieleden in Europa, de Verenigde Staten en Indonesië. Deze zijn door mij bewerkt en vermengd met persoonlijke verhalen van Boem tot een leesbaar familieverhaal over en tijdsbeeld van een nog altijd relevante periode van onze Nederlandse koloniale geschiedenis. 

Het verhaal speelt zich afwisselend af in Nederland, Frankrijk, Duitsland, Borneo, Sumatra, Java en de Verenigde Staten. In vredestijd en tijdens de twee wereldoorlogen. Gelukkige momenten, zoals geboorten, huwelijken en vakanties, worden voortdurend afgewisseld met bombardementen, vervolgingen en hongersnoden. Er is sprake van een centraal familiethema dat in alle generaties terugkomt: een onmetelijke bewijs- en prestatiedwang – het was niet snel goed genoeg. Ik besloot er één familielid uit te lichten, om overzicht te houden: de vader van Boem, Theodoor Samuel van Ravenswaaij.

Reis naar Indonesië

Nadat ik de brieven had gelezen, besloot ik op reis te gaan in het voetspoor van Theo van Ravenswaaij. Ik was nog nooit in Indonesië geweest en ik wilde graag meer gevoel krijgen bij het leven van Theodoor als arts in het ziekenhuis in Tebing Tinggi, vlak bij Medan op Sumatra. In januari 2020 stond ik met een map vol brieven van Van Ravenswaaij in mijn hand in de tuin voor zijn voormalige huis. Dat had hij in 1921 in Tebing Tinggi laten bouwen, recht tegenover het ziekenhuis, dat er nog steeds is. 

Overweldigd door de hoeveelheid brieven en verhalen probeerde ik mijn weg te zoeken. Na mijn terugkeer uit Indonesië was ik al een aantal maanden aan het schrijven, toen er een berichtje van Lisa van Ravenswaaij binnenkwam: “Jasmine, I’ve got a surprise for you.” Bijgevoegd waren foto’s van reiskoffers vol brieven, foto’s en ansichtkaarten. Lisa had nog eens vierduizend brieven gevonden. De hoeveelheid was nauwelijks te overzien. Ik had al begrepen van medewerkers van het Haags Gemeentearchief dat met deze collectie van duizend brieven dit al de grootste collectie Haagse familiebrieven was. Deze vondst maakte de collectie nog omvangrijker. Echter door de reisrestricties was het helaas niet mogelijk om naar de Verenigde Staten af te reizen, of vice versa. Dus als ik van een bepaalde periode brieven miste, stuurde ik een berichtje naar de VS: “Can you help me out Lisa?” Lisa dook dan in een van de koffers en maakte een kopie van de desbetreffende brief of ansichtkaart. De brieven die zich nu nog in de Verenigde Staten bevinden, zullen te zijner tijd ook naar het Haags Gemeentearchief worden overgebracht, ter archivering en voor verder onderzoek.

Met de hulp van schrijfster en schrijfcoach Vilan van de Loo ging ik aan de slag met het categoriseren van de duizenden brieven. Een eeuw aan Haagse familiegeschiedenis trok aan mij voorbij. Ik las over de ontdekking van de elektriciteit, de opkomst van moderne communicatiemiddelen, van fotografie, televisie en luchtvaart, de ontwikkeling van de scheepvaart. Ik probeerde mij voor te stellen hoe het in die dagen geweest moest zijn voor de overgrootouders van Boem op Borneo, hoe het was om soms wel drie maanden te moeten wachten op een berichtje van een van je kinderen in Europa. Want moeders wisten in tijden van oorlog, cholera, tyfus of de Spaanse Griep soms maanden niet of hun kind nog wel in leven was. Voor ons is het normaal om met moderne techniek contact te houden met onze geliefden over de hele wereld, maar door het lezen van dit boek realiseer je je hoe bijzonder dit eigenlijk is. 

De hoofdpersoon van dit verhaal, Theodoor Samuel van Ravenswaaij, werd in 1888 in Den Haag geboren. Hij woonde in de Verenigde Staten, op Sumatra en in Den Haag. Zijn leven is tekenend voor hoe het ging ‘in die dagen’. Het is het leven van een jongen die opgroeit in een gezin met een vader die vecht in de oorlog in Atjeh en met een moeder die de dochter is van Duitse zendelingen die Dajakkers bekeren op Borneo. Na zijn studie Geneeskunde in Leiden moet hij tijdens de Eerste Wereld-
oorlog meteen als arts in het leger dienen. Vervolgens bouwt hij aan zijn toekomst door zich als arts op Sumatra te vestigen. 

Van Ravenswaaij raakt op verschillende momenten in zijn leven alles kwijt. Door de economische crisis, de Tweede Wereldoorlog, door ziekte en door rampspoed. Daarnaast wordt Van Ravenswaaij geïnterneerd in Kamp Amersfoort, omdat hij zich heeft aangesloten bij het artsenverzet. Ten tijde van het bombardement op Bezuidenhout is hij de laatste nog aanwezige huisarts en helpt hij de gewonden, die bij hem thuis naar binnen worden gedragen. Hierna wordt ook zijn huis volledig verwoest. Na de oorlog is er de wederopbouw, maar helaas overlijdt dan zijn jonge vrouw en blijft hij met twee kinderen achter. In de jaren die volgen, blijft de liefde voor zijn patiënten leidend voor de keuzes die hij moet maken. De rode draad in de familiebrieven is het familietrauma, het – over de hele wereld – met elkaar contact proberen te houden in tijden van gebrekkige communicatiemiddelen. De band tussen de familieleden blijkt onverwoestbaar sterk te zijn, en de levens van de voorouders zijn leidend voor de keuzes van volgende generaties. 

Door het lezen van dit boek, met volledige titel Theodoor Samuel van Ravenswaaij. Arts in de Verenigde Staten, Nederlands-Indië en in Den Haag (1888-1961) reis je mee door de tijd, een eeuw geschiedenis trekt aan je voorbij. Ik heb het zo proberen te schrijven dat je aan de hand van deze familiegeschiedenis de Nederlandse geschiedenis veel beter kunt begrijpen. Omdat het verhaal zich grotendeels in Den Haag afspeelt zijn er wellicht nog mensen die Theodoor van Ravenswaaij of andere familieleden hebben gekend. Ik zou het heel erg waarderen wanneer u mij dan een bericht stuurt.


Details

  • Schrijver

    Jasmijn Derckx, www.jasmijnderckx.nl
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    De familie Van Ravenswaaij, omstreeks 1948
  • Editie

    6-2022

Meest gelezen artikelen