Skip to main content

Van Titanic tot Zeeheldenkwartier


Op dinsdag 2 april 1912 verlaat de Titanic de haven van Belfast (Ierland) voor de eerste reis naar Southampton (Engeland), waar de meeste passagiers aan boord komen. De Titanic is op dat moment het grootste passagiersschip ter wereld met ongekende luxe. Naast de enorme weelde in de eerste en tweede klasse biedt het schip ook aan de derde klasse, waar de minst bedeelden zich bevinden, nooit eerder vertoonde comfort. Aan boord zijn ook drie Nederlanders: passagier jonkheer Johan Reuchlin, directeur van de Holland Amerika Lijn en de bemanningsleden Wessel van der Brugge, stoker, en Hendrik Bolhuis, scheepskok. 

Op 10 april gaat de reis verder naar New York. In de nacht van 14 op 15 april 1912 raakt de Titanic met hoge snelheid een 300.000 ton zware ijsberg. De stuurboordzijde van het schip wordt op verschillende plaatsen opengereten waardoor het zeewater naar binnenstroomt en de Titanic vol loopt. In eerste instantie wordt er kalm gereageerd maar als blijkt dat het schip zinkende is en er niet genoeg reddingssloepen zijn, breekt er paniek uit. Voor velen is het dan al te laat. Binnen drie uur zakt de Titanic, die als onzinkbaar bekend staat, naar de bodem van de Atlantische oceaan. Van de 2223 passagiers en bemanningsleden komen er 1522 om het leven, waaronder ook de Nederlanders. Het is tot op heden een van de grootste scheepsrampen in vredestijd. 

Het verhaal van de Titanic kent vrijwel iedereen. Minder bekend is dat de Haagse Koninklijke Nederlandsche Meubelfabrieken H.P. Mutters & Zoon een belangrijke rol heeft gespeeld tijdens het ontwerp en de bouw van het luxueuze schip. 

De geschiedenis van het bedrijf begint in 1816. De negentienjarige Hermanus Pieter Mutters, kabinetwerker van beroep, opent in zijn ouderlijke huis aan de Molenstraat een kleine timmerwerkplaats waar hij jaarlijks vijf tot zes kasten (kabinetten) maakt. Het bedrijfje krijgt al snel enige naamsbekendheid vanwege de grote mate van vakmanschap. Op 23 oktober 1822 trouwt de 25-jarige Hermanus - zoon van Johannes Mutters, koerier van beroep, en Johanna Melcherts - met Sara Johanna van Gogh. Uit dit huwelijk wordt in 1829 Hermanus Pieter Mutters geboren, die als bekwaam meubelmaker en vooruitstrevend zakenman zijn vader opvolgt en het bedrijf moderniseert. De werkplaats groeit uit tot een fabriek die halverwege de negentiende eeuw als enige in Nederland in staat is om complete en stijlvolle kamerinrichtingen te leveren. Het uitgebreide assortiment en de goede naam zorgen voor veel nieuwe opdrachten. In 1863 komt het eerste grote succes als Paleis Noordeinde verbouwd wordt en Mutters enkele kamers mag aankleden. Tot grote tevredenheid van koning Willem III die de meubelfabriek in 1866 het predicaat Koninklijk geeft.

In hetzelfde jaar wordt de eerste steen gelegd voor een nieuwe fabriek in een landelijk gebied buiten Den Haag, waar de aanleg van het Zeeheldenkwartier net is begonnen. Als de wijk zijn vorm begint te krijgen en er straten met huizen en winkels worden aangelegd, komt de meubelfabriek met daarnaast de directeurswoning op de hoek Piet Heinstraat en Trompstraat te liggen. In de wijk vinden veel werknemers een huis. Ook trekt de fabriek veel kleine ondernemers naar het Zeeheldenkwartier, met name op het gebied van houtbewerking. In de jaren die volgen bouwt een volgende generatie Mutters het bedrijf verder uit. Een groot magazijn met toonzalen wordt geopend op de hoek Piet Heinplein en Anna Paulownastraat. Stoommachines en nieuwe of verbeterde werktuigen zorgen voor een nog grotere productie. Nieuwe creaties worden in binnen- en buitenland gepresenteerd tijdens tentoonstellingen van nijverheidsproducten en een aantal keer beloond met verschillende prijzen. Het zorgt ervoor dat Mutters ook buiten de landgrenzen bekendheid krijgt en nieuwe markten kan aanboren. Vanaf 1888 begint de fabriek met het bouwen van scheepsinterieurs, onder andere voor de Holland Amerika Lijn.

In 1909 wordt op de werf van scheepsbouwer Harland en Wolff in Belfast begonnen met de bouw van de bijna driehonderd meter lange Titanic. Mutters & Zoon krijgt de opdracht om 24 van de meest luxueuze hutten op het schip, bestaande uit een slaapvertrek, zitgedeelte en badgelegenheid, in te richten en van interieur te voorzien. Maandenlang werken tientallen medewerkers van Mutters op de scheepswerf aan de prestigieuze onderneming. In Den Haag worden de meubels voor de receptie, de veranda, gezelschapszaal, de rooksalon en het privé-dek gemaakt. De rieten meubelen worden uitbesteed aan een onderaannemer: de Haagse Koninklijke Nederlandse Mandenfabriek W.F. van Vliet. Als verslaggevers een rondleiding op het schip krijgen, wordt er in de kranten vol lof geschreven over de voortreffelijke kwaliteit van de door Mutters gebouwde hutten. Op 31 mei 1911 is directeur Herman Pieter Mutters, de vijfde H.P. in lijn, in Belfast aanwezig om de Titanic te water zien gaan. Een uitnodiging om tien maanden later mee te gaan met de eerste reis wordt vanwege de lange tijdsduur afgeslagen. Achteraf een groot geluk. 

De Haagse meubelfabriek is tot na de Tweede Wereldoorlog toonaangevend. Lucratieve en prestigieuze opdrachten blijven binnenstromen. In de jaren vijftig wordt Mutters ingehaald door de moderne tijd. De concurrentie neemt toe. Het bedrijf krijgt minder opdrachten, komt in financieel zwaar weer en moet inkrimpen. In 1966 wordt nog het 150 jaar jubileum gevierd. Maar dan gaat het snel. In 1974 wordt meubelfabriek H.P. Mutters & Zoon overgenomen door het Rotterdamse De Klerk Binnenbouw. Een jaar later besluit de gemeente Den Haag dat de fabriek en de directeurswoning plaats moeten maken voor nieuwe woningen. Bewoners van het Zeeheldenkwartier zijn hier fel op tegen en verzetten zich tegen de voorgenomen afbraak van de karakteristieke en gezichtsbepalende panden. Tevergeefs, blijkt later dat jaar. Met de sloop komt er een defi-nitief einde aan de befaamde Haagse Meubelfabriek.


Details

  • Schrijver

    Jan Kaffa
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Meubelmakerij 1e etage van de meubelfabriek van Mutters. Foto uit 1900, archief Mutters, collectie HGA
  • Editie

    12-2023

Meest gelezen artikelen