Skip to main content

Bedekt door een dikke witte wollen deken

De winter van 1963 was de koudste van de twintigste eeuw. Op veel plaatsen vroor het bijna drie maanden achtereen. De strenge winter kondigde zich al aan in de herfst van 1962. Op 21 november zorgden zware sneeuwbuien ervoor dat steden en dorpen volledig bedekt werden door een witte wollen deken. Ook in Den Haag viel een dikke pak sneeuw van enkele centimeters. 

Een week later werd Nederland ondergedompeld in verdriet en rouw. Vanuit paleis Het Loo kwam het treurige nieuws dat prinses Wilhelmina was overleden. De oud-vorstin kreeg op zaterdag 8 december 1962 de begrafenis die ze wilde. Geheel in het wit trok de rouwstoet van het Lange Voorhout naar de Nieuwe Kerk in Delft. Het was een heldere, zonnige dag waarop een frisse wind de gevoels-temperatuur naar min drie bracht. Langs de kant stonden duizenden koningsgezinden en andere geïnteresseerden. Maar minder dan verwacht. De kou en het opkomende medium televisie hadden velen binnengehouden. In de menigte boden mannen gloeiend-hete koffie aan voor 35 cent. Officieel had de Haagse politie verboden om langs de route te venten. Maar door de kou lieten de agenten het oogluikend toe. Het was een groot succes. Belangstellenden werden door de koffie verwarmd en langs de route wonende huisgezinnen verdienden er wat extra bij. 

Halverwege december 1962 kwam de winter pas echt goed op gang. IJzige kou en wolken vol sneeuw trokken onheilspellend over Nederland. De temperatuur zakte dik onder de nul graden. Een bittere wind zorgde ervoor dat opgestoven sneeuwhopen hoogtes bereikten van anderhalve meter. Dorpen en boerderijen raakten van de buitenwereld afgesloten. In Den Haag werd een sneeuwtapijt gelegd die men in jaren niet had gezien. Veel straten en pleinen waren onbereikbaar geworden. De vorst zorgde vooral in de Haagse volkswijken voor grote problemen. Door de langdurende kou en de stijgende prijzen van brandstof en eten kwamen veel gezinnen in nood. De kolenkachels in vooroorlogse huizen en gebouwen waarvan de houten vloeren tochtten en de ramen niet goed sloten, draaiden overuren maar konden de ongelijke strijd met de vorst niet aan. Bij kolenhandelaren stonden honderden mensen blauwbekkend in lange rijen te wachten. Soms liepen de emoties hoog op. Met als gevolg ruzie en opstootjes. De politie moest er dan aan te pas komen om de gemoederen van de verkleumende menigte tot bedaren te brengen. 

Begin januari 1963 zorgden de felle koude wind, stuivende sneeuw en ijzel die tegen de avond het land bedekten voor levensgevaarlijk spekgladde wegen met als gevolg veel slip- en val partijen. In heel Nederland werden bijeenkomsten afgelast omdat zalen en andere ruimtes moeilijk te bereiken waren of niet voldoende verwarmd konden worden. De Provinciale Staten van Zuid-Holland die gewoonlijk in de Ridderzaal vergaderden moesten uitwijken naar elders. In buurtschap de Strijp onder Rijswijk bij Den Haag kwamen twaalf tuinders in grote problemen omdat ijspegels van soms een meter lang en centimeters dik door de ruiten van de kassen vielen. 

De stukken waren afkomstig van de hoogspanningsleidingen die over de glazen tuinhuizen waren gespannen. Door de plotselinge daling van de temperatuur in de kassen gingen de producten verloren. Overigens redde de sneeuw op oudejaarsavond het leven van de tienjarige Simon uit de Breughelstraat. De jongen had een aangestoken rotje die niet direct ontbrandde weer in zijn zak gestoken waarin hij nog ander vuurwerk had zitten. Het rotje ontplofte toch en bracht daarmee ook de rest tot ontploffing waardoor hij in vlam kwam te staan. Toegeschoten agenten rolden de jongen in de sneeuw en trokken hem zijn na smeulende kleding uit. Zwaargewond van zijn middel tot aan zijn voeten, maar buiten levensgevaar, werd Simon naar ziekenhuis Zuidwal gebracht.

Op 18 januari 1933 werd de zwaarste Elfstedentocht ooit gereden. Het was ook de eerste die op televisie uitgezonden werd. De barre combinatie van bittere kou, krachtige oostenwind en hevige stuifsneeuw zorgden voor extreme omstandigheden. Vele Hagenaars volgden de tocht der tochten via het zwart-witte scherm. Niet wetende dat later die maand onze badplaats Scheveningen ook volop in het nieuws kwam te staan. Een niet eerder vertoonde gebeurtenis die de oudere lezer van De Haagse Tijden zich vast en zeker nog kunnen herinneren. Een bevroren Noordzee. Het unieke schouwspel van honderden meters brede ijsvelden, stapeling van schotsen en grote klompen bevroren schuim, brachten vele tienduizenden nieuwsgierigen naar de kust. Nooit eerder was het op een winterse dag zo druk geweest op de weg naar Scheveningen. Treinen, trams en bussen waren afgeladen. De Haagse horeca deed die dag uitstekende zaken. Cafés en restaurants zaten propvol en op het strand stonden zelfs haringtentjes. Vele bezoekers keerden pas huiswaarts na te hebben genoten van het schitterende schouwspel van de zonsondergang op de met ijs bedekte zee. Een bijzondere ervaring waar in Den Haag nog lang over werd nagepraat. 


Details

  • Schrijver

    Jan Kaffa
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Boulevard ter hoogte van de nieuwe pier; grote belangstelling voor de met ijs bedekte zee in de winter van 1962-1963. Foto: Stokvis, Haags Gemeentearchief
  • Editie

    04-2024

Meest gelezen artikelen