Skip to main content

Een typisch Haags etablissement

Op de voorkant van De Haagse Tijden van 23 januari staat een verhaal over het Malieveld met als titel Het bekendste stukje Den Haag. Dat zal voor de schrijver ervan ongetwijfeld het geval zijn, maar of dat voor alle Hagenaars en Hagenezen geldt, is nog maar de vraag en zo kom ik op het onderwerp van dit artikel. 

De Haagse Tijden wordt zeker niet alleen gelezen door mensen die op dit moment in Den Haag wonen. Juist de mensen die er gewoond hebben, kunnen soms niet wachten tot er weer een nieuwe krant verschijnt, of dit nu digitaal gebeurt of via zo’n krant die je nog echt in je handen kunt houden. Ik weet dit omdat ik op vrijwel alle artikelen die ik schrijf reacties krijg, waar ik vervolgens ook weer op reageer. Soms hier uit de buurt, maar ook wel vanuit Amerika, Afrika of Australië. Wanneer we het dan over Den Haag hebben, blijkt dat iedereen zo zijn of haar eigen ideeën heeft over onze stad. De een denkt vooral terug aan de Marathon, de ander aan de Passage en weer een ander aan het Binnenhof. Ik vroeg mij af wat voor mijzelf nu echt kenmerkend is voor de stad waar ik geboren ben. En al woon ik sinds een jaar of veertig niet meer echt in die stad, ik woon er wel vlakbij, in een dorp dat tegen Den Haag aanleunt. 

De Wiener

Hoewel je mij vroeger overal in Den Haag kon tegenkomen, of dat nu in de Sport was of op de Dennen-weg, bij de Boekenmarkt of in het Achterom, als ik terugdenk aan die tijd, zie ik mij toch vooral - alleen of met een vriendinnetje - bij de Wiener in de Korte Poten zitten. Aanvankelijk heette de banketbakkerszaak die op het adres Korte Poten 26 gehuisvest was ‘ALT WIEN’. Vanaf 1934 kwam Willy Prager hier werken en enkele jaren later nam hij de zaak over. Hij ging toen boven de zaak wonen. Later - nadat hij de twee winkelhuizen ernaast had gekocht - werd dit adres Korte Poten 24 en de naam was al veranderd in Wiener Konditorei. 

Het woord konditorei komt van het Latijnse candire, dat zoetigheid betekent. Het woord kandij is hieraan verwant. Willy heeft de Tweede Wereldoorlog overleefd en is in 1946 weer aan het werk gegaan door onder andere apfelstrudels te gaan verkopen en dat werd een groot succes. In 1948 trouwde hij met Johanna Lukassen. In 1954 schafte hij zich een espressomachine aan en ook dit werd een groot succes. Hij was samen met zijn vrouw naar Wenen geweest en had daar zo’n machine gezien. Willy is in 1979 overleden en zijn dochter Claire en schoonzoon Jan Toorenburg namen de zaak over. Jan werkte al vanaf 1967 met zijn schoonvader samen. In 1998 werd hun zoon Ronald eigenaar van de zaak. 

In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw kwamen hier veel leerlingen van de Academie op de Prinsessegracht koffiedrinken, evenals leerlingen van de Vrije Academie en niet te vergeten de alternatieve jongeren, zoals een deel van de jeugd uit die tijd genoemd werd. Men sprak ook wel van ‘langharig werkschuw tuig’ en hiermee werden onder meer de werknemers van het alternatieve uitzendbureau de SWEM dat op de Bezuidenhoutse-weg gehuisvest was, bedoeld. Bekende Hagenaars uit die tijd als Ton Venselaar, Hans Wesseling en Gerard Fieret kon je hier ook vaak aantreffen. Gerard zat dan op een stoeltje voor de Wiener met grote vellen papier portretten van voorbijgangers te tekenen. Die kon je voor tien gulden kopen. Ik denk dat ze nu wel iets meer waard zijn.

Samen met mijn vriend Ben ga ik met enige regelmaat naar Den Haag. Om iets te kopen of om zomaar wat rond te wandelen. Eén ding staat van tevoren al vast: we beginnen bij de Wiener met een cappuccino en een flink stuk sachertorte met slagroom.


Details

  • Schrijver

    Carl Doeke Eisma
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Korte Poten in de jaren zeventig, met verderop links de Wiener. Foto: Stokvis, Haags Gemeentearchief
  • Editie

    05-2024

Meest gelezen artikelen