De getalenteerde Haagse wielrenner Edward Kroon
Hij was in alles goed. Als hij geld had, gedroeg hij zich als een miljonair.” “Als een klant in zijn fietswinkel in Bussum binnenkwam en om een fietsbel vroeg, ging die klant naar buiten met een nieuwe racefiets.” “Mijn vader was ook een clown, want in welke kroeg je ook kwam, hij had altijd het hoogste woord en altijd de lachers op zijn hand. En niet te vergeten: altijd de mooiste vrouw uit de kroeg naast zich.”
Deze citaten zijn afkomstig van Bobby Kroon en betreffen zijn vader, de Haagse wielrenner Edward (Eddy) Kroon, die in 2012 overleed, na een leven dat aanvankelijk gekenmerkt werd door sportieve successen. Later kwam hij helaas, net als andere wielrenners uit die tijd, in aanraking met doping, met alle gevolgen van dien.
Een zeer getalenteerd wielrenner, die het leven niet altijd even serieus nam en over zeer veel humor beschikte, dat was Edward Kroon, die in 1965 als amateurstayer op slechts 19-jarige leeftijd Nationaal kampioen achter de grote motoren werd. Hij had het talent niet van een vreemde; zijn vader, Bob Kroon, won met Speedway (een Europese variant van dirttrack) onder andere op de beroemde Speedwaybaan in Rijswijk, en wegraces op een op een 125 cc MV Augusta vele wedstrijden.
Edward Kroon was een bekend en geliefd gezicht in de Haagse wielerwereld, niet in de laatste plaats om zijn charmante en charismatische karakter. Helaas had hij ook een andere kant. Zo had hij moeite om in financieel opzicht zijn beloftes na te komen: hij leende nogal eens geld of voldeed rekeningen niet. Zo zond hij eens doodleuk een deurwaarder weg met de opmerking, dat hij helaas deze maand niet ingeloot was. Er zal geen deurwaarder over in de lach geschoten zijn, maar geestig was het wel.
Ruim een jaar fietste Edward met Joop van Rossem (die van de op Italiaanse leest geschoeide fietsen) in het team met de naam: ‘Esmi Rolschaatsen 7Up’. Hierin reden onder meer Piet Korteweg, Peter Gudde, Frits Hoogerheide en Bob Kroonen. Joop van Rossem weet zich Edward Kroon nog goed te herinneren: “Hij had souplesse, kon goed draaien – zoals wij dat noemden – en heel belangrijk: hij had koersinzicht. Kortom, hij kon gewoon goed fietsen.” Verder weet van Rossem te vertellen dat Eddy ook een fietsenwinkel in Den Haag heeft gehad (Marktweg richting Hoefkade, hoek Kaapseplein). “Daarna ben ik hem uit het oog verloren, maar weet wel dat hij een heel goede mecanicien werd; technisch was hij erg goed. Dit staat los van de misstappen in zijn onrustige leven daarna, want hij was vooral een goed en zeer talentvol wielrenner.”
Bobby heeft Edward als kleine jongen nog wel als wielrenner meegemaakt, maar de herinneringen aan het latere leven van zijn vader overheersen. Een leven, dat niet in alle opzichten als een volledig succes mag worden gekwalificeerd. Drugsgebruik, losjes met geld omgaan, veel vrouwen en vreemdgaan. Het waren de factoren, die verder sportief maar vooral maatschappelijk succes in de weg stonden. Toch was hij een ‘gevreesd’ tegenstander in de amateur wielersport. Een renner van formaat, met veel talent. Geen potentiële profrenner, maar een ronde winnaar en een meester achter de grote motoren.
Én een meester als ‘ordonnans’. Ik maakte hem mee toen ik van 1964-1968 als sergeant verantwoordelijk was voor de ordonnansdienst in het verbindingscentrum van de Landmacht in de bunker van Seyss Inquart, in Clingendael. Daar leerde ik hem kennen als een bereidwillig persoon en vooral als een vrolijke Frans. Zo kwam hij op een dag lachend terug van een rit in den Haag en vertelde hij dat hij helaas met zijn Matchless in een bruidstoet was geknald. De schade viel gelukkig mee en het verhaal ging vele jaren, ook in familiekring, nog rond. Zelfs zijn oud-militaire collega’s citeren het incident desgevraagd meteen.
Wielrennen stond centraal in het leven van Edward, eerst en vooral het wielrennen zelf, maar wegens zijn technische capaciteiten kon hij ook aan de slag als mecanicien bij diverse profteams. Onder meer samen met Ruud Bakker, de grote soigneur van de Raleighploeg, die zijn boezemvriend werd en ook bij zijn afscheid was. Eddy overleed in 2012 op 66-jarige leeftijd. Bobby Kroon hield een pakkende toespraak op de begrafenis en plaatste een clownsneus op de kist van zijn vader.
Hoewel de verhalen over Edward Kroon erg uiteenlopen, is er een ding waar zowel vrienden als familie het over eens zijn: Je kon verschrikkelijk met hem lachen.
Details
-
Schrijver
Ton van Rijswijk -
E-mail
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. -
Fotobijschrift
Bemoedigende woorden, vlak voor de start van een wielerronde -
Editie
05-2021