Skip to main content

Toerist in eigen stad

Gek hoe het Binnenhof, het Spui en zelfs de Bijenkorf er anders uitzien wanneer je de stad waar je geboren bent als toerist bezoekt. Iedere keer weer is het gevoel van thuiskomen een surrealistische ervaring, nostalgie in de tegenwoordige tijd. Het eerste dat opvalt als je vroeg in de morgen uit de raampjes van de KLM Jumbo kijkt, die vanuit het westen Nederland binnenvliegt, zijn de mooie goudgekleurde stranden, de duinen daarna gevolgd door de uitbundige groene weilanden en de letterlijk schitterende waterreflecties van de vele plassen en riviertjes die onder je doorschuiven. En dan… Sta je ineens in de aankomsthal van Schiphol op je koffers te wachten.

Dat gevoel van thuiskomen komt heel snel weer de hoek om kijken als ik in de trein zit richting Den Haag Centraal - ergens in mijn achterhoofd noem ik het nog steeds het Staatspoor - en een ras Hagenees hoor zeggen: “Wat un pleuâhrislèijâh die dâhane!” De eerste impressie die toeristen aankomend op Den Haag Centraal ervaren, is dat ze zijn beland in een enorm winkelcentrum waar treinen, bussen en trams onder of boven je door schieten. Het vroegere Staatsspoor was een treinstation waar je - als je geluk had - een krant, kop koffie en gevulde koek kon kopen. In het lyrische Oh oh Den Haag wordt gevraagd “Moest dat nieuwe Babylon er trouwens eigenlijk nou wel zo nodig komen?”. Laat ik het maar zo zeggen, ‘die Ooievaar’ (die never nooit meer terugkwam) heeft het nieuwe Babylon overleefd!

De taxichauffeur begint Engels tegen me spreken en net als ik hem in mijn beste Engels-Nederlandse accent probeer te vertellen dat ik een geboren en getogen Hagenees ben, slaakt hij een volmondige vloek uit tegen een fietser die hem afsnijdt. Hij kijkt naar mij in zijn binnenspiegel: “D’r is niks mooiâhs dan je eigûh moerstaal, meneertje” zegt hij met een zwaar Haags accent. 

Onderweg naar mijn zus, bij wie ik een paar dagen logeer, herken ik de Boomsluiterskade. Daar waar heel vroeger mijn tante Doortje woonde lijkt het nu een beetje op een Madurodams grachtentafereel, verloren in de tijd, omringd door hoge wolkenkrabbers die er als reuzen op neerkijken. Het verkeer is veel drukker dan ik mij kan herinneren. Voor een slaperige ambtenarenstad is de binnenstad behoorlijk levendig en bruisend! Het moet een rare gewaarwording zijn voor toeristen die nog nooit in Den Haag zijn geweest om de veelal lange, net in het pak zittende Haagse ambtenaren op zeer degelijke Hollandse fietsen zich samen met modieus geklede vrouwelijke collega’s door het drukke verkeer te zien manoeuvreren.

Toeristische attracties van een stad spreken lang niet altijd de lokale bewoners aan. Denk bijvoorbeeld aan New Yorkers die, als ze langs het Empire State building lopen, zelden een bewonderende blik omhoogwerpen. Of zoals inwoners van Parijs de Eifeltoren niet beklimmen: “Waarom zouden wij dat doen, het is voor toeristen!”, merken ze op. Dat zal met de Haagse toeristische trekpleisters ook wel het geval zijn, want hoeveel Hagenaars bezoeken geregeld Madurodam, Panorama Mesdag, het Vredespaleis of het Mauritshuis? Ik heb gekozen voor het wat kleinere Museum Bredius, ondergebracht in een achttiende-eeuws herenhuis aan de overkant van de Hofvijver. Werken van onder andere Rembrandt en Jan Steen zijn er te zien, zeker de moeite waard voor een thuisblijvende, Haagse kunstliefhebbende toerist.

Als toerist in eigen stad weet ik gelukkig nog de weg naar de wat kleinere bistro’s en cafeetjes op de Denneweg, in de Oude Molstraat of op de Bierkade te vinden. Ik ga op zoek naar café De Paas op de Bierkade. In de jaren zeventig was het een van de eerste luxere cafés in die buurt. Er werd jazz gedraaid en ze tapten er meer dan alleen maar Heineken- of Oranjeboombier. 

Nu is het een bistro met terrasje aan de grachtkant, waar ouders genieten van een glaasje wijn en kinderen limonade drinken. Dan te bedenken dat er niet heel lang geleden andere waren werden aangeboden op dezelfde gracht, want eens was dit buurtschap de ‘roze buurt’, het werkterrein van de toen zo genoemde ‘dames van lichte zeden’. Die onschuldige toeristen moesten eens weten!

Onderweg naar het Binnenhof loop ik even langs bij de Wiener Konditorei, waar ik een paar Amerikaanse toeristen ontmoet die heerlijk zitten te genieten van de sfeer op het kleine terrasje en me heel enthousiast vertellen “how much they like The Hague”, maar nog meer van de koffie en het gebak!

Even overwoog ik om ze door te sturen naar Broodje van Dootje, maar ik besloot dat sommige plekken alleen voor Hagenaars een begrip zijn. Toen ik vroeger als jong jongetje door de smalle steeg langs het perscentrum Nieuwspoort, achter het House of Lords onder het kleine toegangspoortje het Binnenhof binnenliep, waren dat gewoon oude vertrouwde gebouwen zonder enige historische waarde. Soms zag je dan een portier in uniform voor de Tweede Kamer staan, die toen nog de beveiliging en orde vertegenwoordigde. Nu staan er zwaarbewapende politieagenten. Kijkend door mijn toeristische zonnebril word ik me veel bewuster van de rijke historische geschiedenis van dit kasteel. In 1585 was prins Maurits de eerste Oranje bewoner van het Binnenhof. Sindsdien is het Huis van Oranje en daarmee de regering uniek en onafscheidelijk verbonden met Den Haag.

Bij de haringtent net buiten de poort aan het Buitenhof staan een minister en een schilder in overalls met geheven hoofd rauwe haring met ui te verorberen. Dat kan alleen maar in Den Haag! Het bekende stadsbeeld van de Gevangenpoort moet ook wel boeiend zijn voor toeristen.
Bij de ingang hangt een interessante uitnodiging in de glazen vitrine om naar binnen te komen en ‘Nederlands historische gruwelijke martelkamers te bezoeken’ met vermelding van een telefoonnummer en de nogal verwarrende commerciële uitnodiging: ‘Een leuke én leerzame plek om een kinderfeestje te geven’. Ik weet dat kinderen af en toe best lastig kunnen zijn, maar dit gaat toch wat ver! 

Hagenaren en Hagenezen mogen best wel trots zijn op hun unieke stad die wereldwijd bekend staat als de “home of the Peace Palace”, Het Internationale Gerechtshof van de Verenigde Naties. Den Haag, my hometown!


Details

  • Schrijver

    Alex Verpoort
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. 
  • Fotobijschrift

    Hofvijver. Harry van Reeken, collectie HGA
  • Editie

    20-2022

Meest gelezen artikelen