Skip to main content

Bloemen-Bertha, het Haagse bloemenmeisje - deel 1


Op donderdag 13 oktober 1960 had zich omstreeks 13.00 uur bij de Algemene Begraafplaats aan de Kerkhoflaan een grote menigte verzameld, dat vooral bestond uit studenten. Maar ook (oud)-ministers, burgemeesters, hoogleraren, advocaten, ingenieurs, artsen en zelfs de adjudant van de garnizoenscommandant. De aula was overvol. Tientallen mensen moesten buiten de uitvaartdienst volgen. Allen waren bijeengekomen om afscheid te nemen van Bertha Gerritsen, beter bekend als Bloemen-Bertha. Wie was zij en waarom waren er zoveel studenten bij haar afscheid?

Jeugd in Amsterdam

Op 11 april 1887 wordt Bertha Gerritsen in Amsterdam geboren in de Bloedstraat, een straatje in het Wallengebied. Bertha groeit op in armoede. Haar vader, handelsreiziger, verdient weinig. Haar moeder probeert met een bloemenwinkeltje het gezinsinkomen aan te vullen. Na haar schooltijd helpt Bertha haar moeder met de verkoop van bloemen. Met een mand bloemen loopt zij als dertienjarig meisje langs de terrassen van de grote restaurants om aan de gasten een bloemetje te verkopen.

’s Avonds komt Bertha met haar bloemen in de cafés van de Warmoesstraat. De ‘dames’ die zij daar ontmoet zijn aardig tegen haar en houden van bloemen. Maar toch voelt Bertha zich hier niet op haar gemak. De avondverkoop heeft zij daarom niet lang gedaan. De bloemenhandel is geen vetpot en het gezin kan met moeite de eindjes aan elkaar knopen. Op advies van een Haagse tante verhuist het gezin rond 1900 naar Den Haag, want daar liggen meer kansen!

Scheveningen

In Den Haag krijgt Bertha een dienstje als tweede meisje op het Sweelinckplein. Na één jaar is zij nog steeds tweede meisje en neemt ontslag. Daarna wordt Bertha schildersmodel. Ze verdient 2,50 gulden voor een ochtend poseren. Volgens eigen zeggen is ze - ook al wil ze niet naakt poseren - een veelgevraagd
model bij de kunstschilders. Vrouwelijke kunstschilders vragen haar vreemd genoeg nooit als model.

Haar bloemrijk Amsterdams verleden wordt bekend bij de kunstschilders. Zij stellen haar voor op de boulevard bloemen te gaan verkopen. Dat lijkt haar wel iets. Bertha wordt verkoop-ster bij bloemenwinkel W.C. van der Laan. Van der Laan is een gerenommeerde bloemenwinkel in de Parkstraat en tevens hofleverancier. Van de directie van het Kurhaus krijgt Bertha toestemming op de pier en in het Kurhaus bloemen te verkopen.

Bertha heeft een vaste dagindeling. ’s Ochtends helpt zij haar moeder in het huishouden. ’s Middags gaat ze naar de pier en ’s avonds bezoekt Bertha het Kurhaus, het Palace Hotel en het Circus. Ook komt zij in de destijds bekende Duitse bierhal Fisslthaler aan het Gevers Deynootplein. Alleen heeft zij moeite met buitenlandse namen dus wordt Fisslthaler verhaspeld tot ‘fietsentaler’. Een ander voorbeeld; de bekende zanger en cabaretier Pisuisse heet volgens Bertha ‘Piet Smiese’. Tussendoor vindt zij nog tijd om te poseren. Bertha heeft het druk maar verdient goed. Tante heeft gelijk gekregen; Den Haag biedt meer kansen dan Amsterdam. 

Studenten

Tijdens haar dagelijkse rondgang door het Scheveningse uitgaansleven komt Bertha in contact met Delftse studenten. In juli 1903 viert het Delfts studentencorps haar XIste lustrum. Reden voor hen om Bertha uit te nodigen om de feestgangers te voorzien van een corsage. Dat blijkt een succes. 

Studenten uit Leiden en Amsterdam, die bij de Delftse studenten op bezoek komen, zijn gecharmeerd van het bloemenmeisje. Ze wordt uitgenodigd ook bij hen langs te komen. Zo wordt Bertha met haar bloemen langzaam maar zeker een vaste verschijning in de studentenwereld. Met de trein reist zij met haar bloemenmand naar de Nederlandse universiteitssteden. Bertha fleurt met haar boeketjes en corsages studentenfeesten en roeiwedstrijden op. Zelfs komt zij in de studentensociëteiten Phoenix te Delft en Minerva te Leiden. Dat is uniek want deze sociëteiten zijn destijds echte mannenbolwerken. Zo wordt Bertha de enige vrouw die toegang heeft tot beide instellingen. Door haar wordt het een traditie dat de studenten op vrijdag met een anjer in het knoopsgat op de sociëteit verschijnen. 

Het Delftse lustrum van 1903 is het begin van een carrière die ruim vijftig jaar duurt. Tijdens deze vijftig jaar heeft zij talloze studentengeneraties zien komen en gaan. De vrolijke studenten, aan wie ze in de loop der jaren een bloemetje heeft verkocht, zijn vaak opgeklommen tot hoge maatschappelijke posities. Maar zij zijn Bertha nooit vergeten. In moeilijke tijden krijgt zij steun van hen. Is zij ziek dan zijn er dokters en specialisten die haar kosteloos behandelen. En dreigt ze verstrikt te raken in de ambtelijke molens dan is er altijd wel een advocaat die haar belangeloos bijstaat.

Oorlogsjaren

De bezetting was voor Bloemen-Bertha een miserabele tijd. Door de avondklok sloten de uitgaansgelegenheden waar zij met haar bloemen kwam vroeg of bleven dicht. Van een bruisend studentenleven was helemaal geen sprake. Toch ging ze met haar bloemenmand op stap, want er waren altijd wel enkele cafés open en ze had het geld nodig. Het was een korte ronde omdat ze vanwege de avondklok om 21.00 uur thuis moest zijn. 

Zo ook op zaterdag 9 januari 1943. Toen Bertha tegen 21.00 uur thuiskwam in haar woning aan het Hofwijckplein, trof zij een complete chaos aan. Vandalen waren haar huis binnengedrongen. Alles was overhoop gehaald, kasten waren leeggehaald en de inhoud lag over de vloer. Zelfs haar handtasje was opengescheurd. Al haar waardevolle spulletjes, handelsgeld, levensmiddelen en distributiebonnen waren gestolen. Vooral had zij verdriet over het verlies van de geschenken die zij van de studenten had ontvangen. Het waren cadeaus die zij had gekregen voor haar verjaardagen en bij ambtsjubilea, waar-onder gouden armbanden, ringen, broches en zilveren schalen met inscriptie. Zoals was te verwachten zijn de daders en de buit nooit opgespoord. In deze moeilijke periode heeft zij veel steun gehad van haar vele vrienden.

En dan is er iets opmerkelijks. De Sicherheitsdienst heeft Bertha verhoord in het Oranjehotel. Waarom en wanneer heb ik niet kunnen achterhalen. Het NIOD kan geen duidelijkheid verschaffen. Een oud student memoreert in 1954 - tijdens een jubileum - dat Bertha zich liever liet villen dan iets te verraden. Hetgeen Bertha toen bevestigde. Mogelijk houden de ondervragingen verband met het studenten-verzet. 

 

 


Details

  • Schrijver

    Kees de Raadt
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Bloemen-Bertha als bloemenverkoopster op de pier in 1911. Foto: collectie HGA
  • Editie

    24-2022

Meest gelezen artikelen